Herhaling stof TW 1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welkom bij Nederlands

Herhaling voor toetsweek 1

Vaste tekststructuren
Welke kun je je nog herinneren?

7 vaste tekststructuren

1. verleden/heden/toekomststructuur

2. probleem/oplossingsstructuur

3. verklaringsstructuur

4. aspectenstructuur

5. argumentatiestructuur

6. voor-en nadelenstructuur

7. vraag-antwoordstructuur

Welke vaste tekststructuur is NIET geschikt voor een uiteenzetting?(informatieve tekst)

1. Een aspectenstructuur
2. Een vraag-antwoord-structuur
3. Een argumentatie-structuur
4. Een verklaringstructuur

Welke tekststructuur past bij een betoog?

1. probleem-oplossingsstructuur
2. argumentatiestructuur
3. verklaringsstructuur
4. aspectenstructuur

ARGUMENTATIE

argumentatie

Ik ben geen fan van ADO Den Haag, want ik vind groen en geel lelijke kleuren.

1. Feitelijke argumentatie
2. Waarderende argumentatie

Rotterdam is de leukste stad ter wereld, want iedereen is zichzelf.

1. Feitelijke argumentatie
2. Waarderende argumentatie

Lees elke dag 10 minuten, want dan scoor je bovengemiddeld goed op je proefwerk Nederlands

1. Feitelijke argumentatie
2. Waarderende argumentatie

Je moet niet roken, want het is ongezond, het kost geld en het stinkt.
Er is hier sprake van:

1. Enkelvoudige argumentatie
2. Nevenschikkende argumentatie
3. Onderschikkende argumentatie
4. Bovenschikkende argumentatie

Een standpunt wordt vaak aangekondigd met signaalwoorden als...

1. Namelijk
2. Omdat
3. Immers
4. Ik vind

Wat is je schrijfdoel bij een betoog?

1. Informeren
2. Overtuigen
3. Opiniëren
4. Activeren

In de inleiding van je betoog moet je met argumenten komen.

1. Juist
2. Onjuist

In het slot zie je een conclusie of voorspelling over de situatie in de toekomst

1. Probleem-oplossingstructuur
2. Aspectstructuur
3. Verklaringstructuur
4. Verleden-heden-(toekomst)-structuur

Bij welk tekstverband horen deze signaalwoorden: dus, kortom, al met al

1. Toelichtend verband
2. Oorzakelijk verband
3. Chronologisch verband
4. Concluderend verband

Ik zou liever een blauwe schooltas hebben, want blauw is een mooiere kleur dan rood. Deze zin bevat:

1. Feitelijke argumentatie, meervoudig
2. Feitelijke argumentatie, enkelvoudig
3. Waarderende argumentatie, enkelvoudig
4. Waarderende argumentatie, meervoudig

En de allerlaatste vraag...

Bedenk een argument bij het volgende standpunt: Toetsweken moeten worden afgeschaft.