Les 3 - Gedragsverandering

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 2

Programma 

• Lesdoelen 
• Terugblik (modellen) 
• Opdracht
• Theorie
• Opdracht 
• Afsluiting 

Lesdoelen 

• Je kent de verschillende modellen
    van gedragsverandering. 
• Je kunt de modellen van
   gedragsverandering toepassen.  

Het veranderproces 

Meerdere modellen die vanuit een bepaalde blik naar veranderingen kijken: 

- ASE Model

- De zelfbeschikkingstheorie 

- Gedragsveranderingsmodel van Balm 

- Fasenmodel van Prochaska en DiClemente

- I-Change-model 

ASE Model 

Onderdeel ASE	Betekenis	Wat vindt de cliënt?
Attitude	- Kennis, ervaringen - Voorbeelden van anderen - Voor- en nadelen afwegen
Sociale invloed	De invloed van anderen, normen en waarden Wil de cliënt zich houden aan de waarden en normen van de groep of familie?
Eigen effectiviteit	Kan ik het, heb ik genoeg zelfvertrouwen?

Zelfbeschikkingstheorie 

Géén stappenplan. Je wil veranderen omdat je intrinsiek gemotiveerd bent. Volgens deze theorie ben je intrinsiek gemotiveerd als: 

• je goed in iets bent en er beter in kunt worden
• je het idee hebt dat je zelf kunt bepalen wat je doet
  
• je verbonden bent met anderen (het gevoel hebt dat je aardig gevonden wordt of erbij hoort).

Opdracht ASE 

• Ga voor jezelf na met welk gedrag van jezelf je niet zo blij bent. Bijvoorbeeld: te snel een mening hebben, roken, te laat komen etc. 
• Vul het ASE model in. 
• Probeer  er achter te komen door het invullen van het ASE-model  hoe jouw gedrag tot stand is gekomen.
  
• Bespreek dit met een medestudent (breakoutrooms). 
  
• Klassikaal terugkoppelen. 

Opdracht 

• Kies één model of theorie over gedragsverandering. 
• Zorg dat elk model of elke theorie die behandeld is door minimaal één duo gekozen wordt.
  
• Lees de informatie over het model of de theorie van je keuze nog eens goed door.
  
• Beschrijft argumenten voor en tegen het gebruik van dit model/deze theorie.
  

Bedenk een casus over een cliënt die erover nadenkt zijn gedrag te veranderen of bij wie het gewenst of nodig is om zijn gedrag te veranderen (een cliënt heeft bijvoorbeeld overgewicht en wil eigenlijk gezonder eten of meer bewegen). Bedenk wat de oorzaak van het gedrag is en wat het gewenste, nieuwe gedrag is. Gebruik hierbij het model van jullie keuze.