4H MA Verzorgingsstaat §3 Is een smartphone noodzakelijk?

§3 Is een smartphone noodzakelijk?
4H MA Thema verzorgingsstaat
1 / 23
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

§3 Is een smartphone noodzakelijk?
4H MA Thema verzorgingsstaat

Slide 1 - Slide

Even opfrissen...
Een paar vragen over de paragrafen hiervoor

Slide 2 - Slide

Zorg en inkomen kan je regelen op 3 manieren bijv via het particulier initiatief. Welke politieke stroming deelt deze voorkeur?
A
sociaaldemocraten
B
christendemocraten
C
liberalen

Slide 3 - Quiz

En welke politieke stroming regelt zorg en inkomen liever via de markt?
A
sociaaldemocraten
B
christendemocraten
C
liberalen

Slide 4 - Quiz

Wat is een nadeel van zorg en inkomen regelen via de overheid?
A
weinig keuzevrijheid
B
het is erg duur
C
het zorgt voor ongelijkheid
D
hoge belastingen

Slide 5 - Quiz

Wat is een voordeel van zorg en inkomen regelen via de markt?
A
gelijke zorg voor iedereen beschikbaar
B
je hebt veel keuzevrijheid
C
lage belastingen
D
betaalbare prijzen

Slide 6 - Quiz

Welk voorbeeld past bij zorg via het mechanisme particulier initiatief
A
Thuiszorg helpt oma met aankleden en wassen
B
De werkster zeemt de ramen bij oma
C
Oma maakt gebruik van gratis OV
D
De buurvrouw helpt oma haar medicijnen in te nemen

Slide 7 - Quiz

Welke zorg past bij het mechanisme overheid?
A
Kleindochter brengt opa een pannetje soep
B
Een gratis busje komt opa ophalen om op bezoek te gaan
C
Roel gaat naar studiecoaching op school
D
Opa maakt gebruik van een maaltijdservice ;die zijn eten komt brengen

Slide 8 - Quiz

Leerdoelen: De leerling kan.....
* De belangrijke begrippen omschrijven, herkennen en toepassen.
* Twee functies noemen van uitkeringen, uitleggen wat die inhouden en uitleggen welk beginsel eraan ten grondslag ligt.
* Beredeneren welke factoren een rol spelen bij het bepalen van de hoogte van verschillende soorten uitkeringen.
* Uitleggen hoe het sociale zekerheidsstelsel is opgebouwd en wordt gefinancierd.
*Op hoofdlijnen uitleggen hoe de ZVW is opgebouwd en hoe het eigen risico werkt.

Slide 9 - Slide

Welke argumenten kan je bedenken dat we als land een uitkering geven aan mensen die niet kunnen werken?

Slide 10 - Open question

Hoogte van uitkeringen:
Ik vind dat de hoogte van de uitkering...
A
Flink lager moet zijn dan inkomen uit werk
B
Ongeveer zo hoog zou moeten zijn als inkomen uit werk
C
Afhankelijk moet zijn van de reden waarom je niet werkt

Slide 11 - Quiz

Begin je antwoord met de letter van het daarnet gekozen antwoord:
Geef een argument voor je mening

Slide 12 - Open question

Sociaal minimum
Het bedrag dat minimaal nodig is om van te leven

Bepaald door de overheid

Wat is noodzakelijk en wat niet?



Slide 13 - Slide

Functies uitkeringen
  1. Minimumbehoeftefunctie: sociaal minimum (vb Bijstand)
  2. Loondervingsfunctie: uitkering als inkomen wegvalt door ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid (vb WW)
                hoogte = percentage laatstverdiende salaris

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Hoogte uitkering afhankelijk van...
  • Werknemersverzekeringen:  individuele rechten en plichten
                   Wat was je salaris? Hoe lang heb je gewerkt?

  • Volksverzekering: voor iedereen gelijk

  • Sociale voorzieningen: draagkracht van de leefeenheid
                    Hoe groot is je gezin? Werken er gezinsleden?

Slide 16 - Slide

Overzicht  sociale zekerheid
In een word document in de chat

Staat ook op SOM!

Slide 17 - Slide

ZVW (ZiekteVerzekeringsWet)
  • Iedereen verplicht verzekerd
  • Verzekeraars mogen niemand weigeren
  • Vergoedingen afhankelijk van dekking, maar tenminste basispakket
  • Verplicht eigen risico

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Wat is een voordeel van een ziektekosteverzekering met eigen risico?

Slide 20 - Open question

Wat is het nadeel van een ziektekosteverzekering met eigen risico?

Slide 21 - Open question

Welke politieke stroming zou zijn voor het verhogen van het eigen risico? Welke juist voor het verlagen/afschaffen?

Slide 22 - Open question

Huiswerk
Leren begrippen §3 (zie quizlet link in SOM)
Maken vragen §3: 2, 3, 4, 8

Slide 23 - Slide