Hoofdstuk 3 grammatica (les 7+8 do werkwoordsoorten)

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui en je schrift;
  • je leerwerkboek;
  • je laptop (dicht).
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui en je schrift;
  • je leerwerkboek;
  • je laptop (dicht).

Slide 1 - Slide

Planning
  • Herhaling theorie
  • Werkmoment 1: samen of zelf
  • Pauze
  • Werkmoment 2
  • Quizlet live
  • Afsluiten van de les

Slide 2 - Slide

Soorten werkwoorden



zww = zelfstandig werkwoord: bijvoorbeeld fietsen, lopen
hww = hulpwerkwoord: hebben, zijn, worden, zullen, willen, kunnen, moeten.
kww = koppelwerkwoord: zijn, worden, blijven
zww
hww
kww
duidelijke betekenis
ja
nee
nee
hoort bij wg en/of ng
wg 
wg / ng
 ng

Slide 3 - Slide

Werkwoordelijk gezegde
het onderwerp DOET iets
belangrijkste ww betekenis

  • alle werkwoorden in de zin
  • splitsbaar werkwoord
  • aan het + infinitief
  • te + infinitief

Naamwoordelijk gezegde
het onderwerp IS iets
ww geen betekenis

  • koppelwerkwoord
       worden, zijn, blijven
  • aanvulling met een zn/bn
  • zegt iets over onderwerp
4/181

Slide 4 - Slide



  1. pv en werkwoorden 
  2. betekenis? => wg - zww
  3. betekenis? => ng - kww
  4. wisseltruc
  5. wat is het o?
  6. aanvulling bn/zn


  • Maak van 3.8 opdrachten: 1, 4, 6 en 7. (start p. 185)
  • Klaar? Begin met Test jezelf van 3.7.
Werkmoment 1

Slide 5 - Slide

Pauze
timer
1:00

Slide 6 - Slide

Breinbreker
Ze is thuis gebleven.                                                     wg / ng


Ze is enthousiast gebleven.                                        wg / ng

Slide 7 - Slide



  1. pv en werkwoorden 
  2. betekenis? => wg - zww
  3. betekenis? => ng - kww
  4. wisseltruc
  5. wat is het o?
  6. aanvulling bn/zn


  • Maak van 3.8 opdrachten: 1, 4, 6 en 7. (start p. 185)
  • Klaar? Begin met Test jezelf van 3.7 en 3.8.
Werkmoment 2
10.00 uur Quizlet

Slide 8 - Slide

Woorden 3.5

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Afsluiting
  • Maandag verder met 3.9 spelling. 

Slide 11 - Slide