p 1 Democratie en economische crisis

Het Interbellum 1918-1939

§ 1 Democratie en economische crisis


1 / 42
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Het Interbellum 1918-1939

§ 1 Democratie en economische crisis


Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen:
  • Welke problemen kreeg Duitsland na WOI
  • Welke hulp kreeg Duitsland na WOI
  • Wat waren de oorzaken & gevolgen v/d economische crisis vanaf 1929? 

Slide 2 - Slide

Agenda
Mededelingen
Wat weet je nog of al?
Theorie / Instructie
Oefenen
Zelfstandig werken
Herhalen
Evalueren & Afsluiten

Wat gaan we vandaag doen?

  • Terugkoppeling vorige les
  • Uitleg Duitsland na WOI
  • Opdrachten maken
  • Samenvatting
  • Afsluiten

Slide 3 - Slide

Wat bedoelen we met het begrip Interbellum?

Wat voor veranderingen onderging Europa aan het einde van WOI?
Terugkoppeling

Slide 4 - Slide

§ 1 intro
GEZAMENLIJK LEZEN INTRO
BEHANDELEN:
VRAAG 1 t/m 2


Slide 5 - Slide

§1 DUITSLAND IN DE PROBLEMEN

Slide 6 - Slide

Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (1)
  • Republiek van Weimar (1919) zetelt in Weimar (SPD). In Berlijn is het té onrustig


  • Het verlies van de oorlog komt hard aan, zowel emotioneel als economisch


  • Keizer is gevlucht naar Nederland

Slide 7 - Slide

Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (2)

  • Het vertrouwen in de Weimarrepubliek (de democratie) is laag.

  • Verschillende groepen (extreemlinks  én extreemrechts  proberen de macht te grijpen  en er is veel politiek geweld (o.a. moorden op politici)

Slide 8 - Slide

Dolkstootlegende

  • Voor somminge Duitsers kwam het verlies niet door de soldaten, maar door het verraad van Joden en communisten (Dolkstootlegende)

Slide 9 - Slide

De dolkstootlegende

Het grote onverslaanbare Duitse Leger

De democratische regering die de vrede van Versailles tekent.

Let ook op de karikatuur van de Joodse man.

De dolkstootlegende; de democratische regering valt het Duitlse leger in de rug (laf) aan.

Slide 10 - Slide


Bezetting van het Ruhrgebied
1923-1924



  • Omdat Duitsland de herstelbetalingen niet meer kan opbrengen, bezetten Franse troepen het Ruhrgebied om Duitsland te dwingen tot betalen.
  • Dit was toegestaan volgens het Verdrag van Versailles.
  • Franse troepen blijven in het Saargebied tot 1925.


Franse troepen bezetten Essen

Slide 11 - Slide

Het Ruhrgebied


In januari 1923,
toen de Duitsers achterstallig waren met herstelbetalingen aan de geallieerden,
rukten Belgische en Franse troepen het Ruhrgebied binnen. Deze bezetting wekte
enorme verbittering.



bron;Wereldgeschiedenis deel 16



Vernietiging van de fabrieken in het Ruhrgebied
De Franse driekleur
Verwijzing naar WOI

Slide 12 - Slide


Reactie op bezetting:
  • Duitse arbeiders gaan in staking, willen niet voor de Fransen werken

  • Regering steunt stakers en betaalt hun loon door middel van bijdrukken van geld


  • Gevolg: INFLATIE

Slide 13 - Slide

Bezetting Ruhrgebied

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide


Bierkellerputsch
1923



Nu probeert Hitler de macht te grijpen maar deze staatsgreep (een putsch) mislukt.
Hij wordt gearresteerd en veroordeeld tot een
gevangenisstraf van 5 jaar. 

Slide 18 - Slide

Hitler komt na een jaar al vrij.
Tijdens deze straf schrijft hij het bekende
'Mein Kampf'

Slide 19 - Slide

Maken:
Paragraaf 1: opdracht 3 t/m 6

Slide 20 - Slide

§ 2 Hulp voor Duitsland

Slide 21 - Slide

Volkenbond zwak
  • Duitsland geen lid (verliezer)
  • Sovjet-Unie geen lid (communistisch)
  • VS geen lid (Europa moet eigen problemen oplossen)
  • Geen leger

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Een poster van de NSDAP voor de verkiezingen van de Rijksdag (1928):
Toelichting:  vertaald: Verbreek de Dawes-kettingen. Nationaal-Socialistische Duitse Arbeiders partij. Hitlerbeweging. Lijst 10





Slide 31 - Slide

Maken:
Paragraaf 1: opdracht 7 & 8

Slide 32 - Slide


§ 3 Crisis in de wereld 
vanaf 1929




Slide 33 - Slide

Economische crisis
  • Boeren, bedrijven en burgers geven veel meer geld uit dan ze hebben en gaan geld lenen:
  1. Boeren en bedrijven lenen om te investeren en hun productie te verhogen
  2. Consumenten om producten te kopen
  3. Aandeelhouders om aandelen te kopen
 


Slide 34 - Slide

Economische crisis
  • 24 oktober 1929: Beurskrach op Wall Street (New York)
  • 'Zwarte donderdag': de aandelenbeurzen kelderen
  • Gevolg: mensen verkopen hun aandelen, maar omdat dit vaak geleend geld was gingen veel banken failliet. 
=>Veel ontslagen en dus hoge werkloosheid
=>Doordat de VS na WOI veel geld had uitgeleend aan Europese landen waaronder Duitsland, raakten ook deze landen in diepe crisis.=> Steeds meer mensen in Europa verliezen het vertrouwen in hun leiders.


Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

0

Slide 37 - Video

Maken:
Paragraaf 6: opdracht 9 t/m 14

Slide 38 - Slide

Terugkoppeling
  1. Welke problemen kreeg Duitsland na WOI
  2. Welke hulp kreeg Duitsland na WOI
  3. Wat waren de oorzaken & gevolgen v/d economische crisis vanaf 1929? 

Slide 39 - Slide

Huiswerk voor de volgende les:
paragraaf 1 af.

Slide 40 - Slide

Filmpjes om thuis te kijken.

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Video