werkwoorden taalcompleet A1 thema 3

We oefenen de werkwoorden
Typ de goede vorm van het werkwoord. 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

We oefenen de werkwoorden
Typ de goede vorm van het werkwoord. 

Slide 1 - Slide

Lezen
Ik: stam                                                       lees
Jij/u = stam + t                                         leest
Zij/hij = stam + t                                      leest
wij = stam + en (hele werkwoord)   lezen
jullie = stam + en                                     lezen
zij = stam + en                                          lezen

Slide 2 - Slide

(geven)
De docent .... les.

Slide 3 - Open question

(horen)
Wie ..... er wat ik zeg?

Slide 4 - Open question

(kiezen)
De docent .... een leerling.

Slide 5 - Open question

(geven)
De jongen ..... het meisje een kus.

Slide 6 - Open question

(schrijven)
Nina ..... een brief.

Slide 7 - Open question

(lezen)
De cursisten ..... een boek.

Slide 8 - Open question

(spreken)
Ik ..... een beetje Nederlands.

Slide 9 - Open question

Maak nu zelf een zin met:
wonen

Slide 10 - Open question

(komen)
Peter ..... op mijn feest.

Slide 11 - Open question

(schrijven)
Ik ... met een pen.

Slide 12 - Open question

(kiezen)
Job .... een groot stuk taart.

Slide 13 - Open question

(lezen)
Papa en mama .... de krant.

Slide 14 - Open question

(geven)
De buurman ... de planten water.

Slide 15 - Open question

(maken)
Eva .... een mooie tekening.

Slide 16 - Open question

(weten)
Ik .... niet hoe ik bij school kom.

Slide 17 - Open question

Maak nu zelf een zin met:
schrijven

Slide 18 - Open question

Maak nu zelf een zin met:
zitten

Slide 19 - Open question

Werkwoorden met een lange klank
Thema 3

Slide 20 - Slide