5.3 Lezen les 5 1KGT 1C

  • Werkboek en etui op tafel
  • Je zit op je vaste plek
5.3 Lezen
timer
12:00
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

  • Werkboek en etui op tafel
  • Je zit op je vaste plek
5.3 Lezen
timer
12:00

Slide 1 - Slide

  • Onderwerp toets Spreekvaardigheid?
  • Afmaken les in werkboek
  • Uitleg fictietaak 4
5.3 Lezen
Vandaag:

Slide 2 - Slide

  • Opdracht 11 t/m 13 blz. 111 t/m 112
5.3 Lezen
Huiswerk bespreken

Slide 3 - Slide

  • De tekstdoelen overtuigen en activeren herkennen.
5.3 Lezen
In deze paragraaf leer je:

Slide 4 - Slide

5.3 Lezen - de 4 tekstdoelen
tekstdoel
wat wil de schrijver
voorbeeld
informeren
de lezer informatie geven over een onderwerp
nieuwbericht (ook website), krant, brief, handleiding, lesboek
amuseren
de lezer vermaken
(plezier laten hebben)
leesboek, strip, songtekst
overtuigen
dat de lezer het met hem eens is
film- of boekbespreking, review/beoordeling van een hotel of restaurant
activeren
dat de lezer iets gaat doen
advertentie, reclamefolder, lid worden een club, donor worden.

Slide 5 - Slide

  • Werkboek (blz 112) en etui op tafel
  • Je zit op je vaste plek
5.3 Lezen

Slide 6 - Slide

  • Onderwerp toets Spreekvaardigheid?
  • Afmaken les in werkboek blz. 113-114
  • Uitleg fictietaak 4, en start fictietaak
5.3 Lezen
Vandaag:

Slide 7 - Slide

  • Samen lezen tekst 4
  • Samen maken opdracht 15 en 16 blz. 113-114
5.3 Lezen
Aan de slag

Slide 8 - Slide

  • Goedemorgen
  • Laptop op de hoek van je tafel
Fictie-opdracht 4 LJ1

Slide 9 - Slide

  • Uitleg over fictietaak 4 (dit krijg je ook op papier)
  • Werken aan je fictietaak 4
Fictietaak 4 Schrijf het verhaal af
Vandaag

Slide 10 - Slide

  • Je gaat een verhaal afschrijven.
  • Je krijgt het eerste deel van een fictie-tekst
  • Dit verhaal is niet af.
    Je schrijf een passend einde dat past bij het fragment. (daarover zo meer)
  • Het einde mag geen open einde zijn!
  • Het verhaal moet tussen de 400 en 500 woorden zijn
    (dat is ongeveer 1 A4-tje)
  • Maak een tekening of zoek een foto die past bij jouw verhaal. 
  • Het verhaal moet 27 mei zijn ingeleverd. We werken hier ook in de klas aan.
  • Je krijgt een checklist over wat er in je tekst moet zitten.






Fictietaak 4 – Het Experiment afschrijven

Slide 11 - Slide

Je schrijft fictie, daarbij moet je in je verhaal het volgende duidelijk vermelden: 
  • Wat gebeurt er als Yasmina en Laura weg willen lopen? 
  • Wie zitten er achter de deur? (Beschrijf minimaal twee personen) 
  • Wat zien ze achter de geheime deur, hoe ziet het daar eruit? 
     (Beschrijf dit in de stijl van het fragment ) 
  • Wat gebeurt er eigenlijk achter de geheime deur? 
  • Wat gebeurt er met Yasmina en Laura (ze moeten er veilig uitkomen) 















Fictietaak 4 – Het Experiment afschrijven

Slide 12 - Slide

  • Schrijf ook een duidelijke dialoog tussen Yasmina en Laura van 4 tot 6 zinnen. Een dialoog is een gesprek tussen twee personen.
    Je herkent dit in een tekst door een directe rede. 

  • Voorbeelden van een directe rede:
     Yasmina zei: ‘Wat gaan ze met ons doen?’.
     ‘Ik weet het niet’, antwoordde Laura. 
     'Maar aan wie moeten we het vragen?' 
     'Hoe moet ik dat weten,'gilde Yasmina.

  • In het fragment zitten ook genoeg voorbeelden hoe je dit moet doen.
  


















Fictietaak 4 – Het Experiment afschrijven

Slide 13 - Slide

Fictietaak 4 – Het Experiment afschrijven
Vragen?

Slide 14 - Slide

5.3 Lezen
Huiswerk

Slide 15 - Slide