M&S 2de jaar hoofdstuk 4 gezinsbudget: inflatie en deflatie

Thema 4: het gezinsbudget
4.7 Inflatie en deflatie p. 29
1 / 55
next
Slide 1: Slide
M&SSecundair onderwijs

This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Thema 4: het gezinsbudget
4.7 Inflatie en deflatie p. 29

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

In 2021 is er ... in België.
A
inflatie
B
deflatie

Slide 3 - Quiz

De prijzen waren ...
A
gestegen
B
gedaald

Slide 4 - Quiz

Ze waren ... dan voordien
A
hoger
B
lager

Slide 5 - Quiz

We konden ... producten kopen met ons inkomen.
A
meer
B
minder

Slide 6 - Quiz

We waren .... dan voordien.
A
rijker
B
armer

Slide 7 - Quiz

Dit was ... nieuws voor de consumenten.
A
goed
B
slecht

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Kies uit.
Nummer 1
A
inflatie
B
geen inflatie of deflatie
C
deflatie

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Kies uit.
Nummer 2
A
inflatie
B
geen inflatie of deflatie
C
deflatie

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Kies uit.
Nummer 3
A
inflatie
B
geen inflatie of deflatie
C
deflatie

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Kies uit.
Nummer 4
A
inflatie
B
geen inflatie of deflatie
C
deflatie

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

(1)

Slide 19 - Open question

(2)
A
stijgen
B
dalen

Slide 20 - Quiz

(3)
A
stijgen
B
dalen

Slide 21 - Quiz

(4)

Slide 22 - Open question

(5)

Slide 23 - Open question

(6a)
A
goed
B
slecht

Slide 24 - Quiz

(6b)
A
goed
B
slecht

Slide 25 - Quiz

(7)

Slide 26 - Open question

(8,9,10)

Slide 27 - Open question

(11)

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Slide

Welk woord is hier
uit de tekst geknipt?
A
deflatie
B
spilindex
C
inflatie
D
koopkracht

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Slide

INFLATIE
De prijs van de producten is
A
gestegen
B
gedaald
C
niet veranderd

Slide 32 - Quiz

INFLATIE
Dit is ... nieuws
A
goed
B
slecht

Slide 33 - Quiz

INFLATIE
Met ons inkomen kunnen we
A
meer kopen
B
minder kopen
C
hetzelfde kopen

Slide 34 - Quiz

INFLATIE
De koopkracht is
A
hoger
B
lager
C
hetzelfde

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Slide

INFLATIE
Voor de economie is dit ... nieuws
A
goed
B
slecht

Slide 37 - Quiz

INFLATIE
mensen zullen hun aankopen
A
uitstellen
B
nu kopen en niet uitstellen

Slide 38 - Quiz

INFLATIE
De consument denkt dat de prijzen zullen
A
stijgen
B
dalen

Slide 39 - Quiz

INFLATIE
Lonen en uitkeringen indexeren?
A
ja
B
nee

Slide 40 - Quiz

Slide 41 - Slide

DEFLATIE
De prijs van de producten is
A
gestegen
B
gedaald
C
niet veranderd

Slide 42 - Quiz

DEFLATIE
Dit is ... nieuws
A
goed
B
slecht

Slide 43 - Quiz

DEFLATIE
Met ons inkomen kunnen we
A
meer kopen
B
minder kopen
C
hetzelfde kopen

Slide 44 - Quiz

DEFLATIE
De koopkracht is
A
hoger
B
lager
C
hetzelfde

Slide 45 - Quiz

Slide 46 - Slide

DEFLATIE
Voor de economie is dit ... nieuws
A
goed
B
slecht

Slide 47 - Quiz

DEFLATIE
mensen zullen hun aankopen
A
uitstellen
B
nu kopen en niet uitstellen

Slide 48 - Quiz

DEFLATIE
De consument denkt dat de prijzen zullen
A
stijgen
B
dalen

Slide 49 - Quiz

DEFLATIE
Lonen en uitkeringen indexeren?
A
ja
B
nee

Slide 50 - Quiz

Slide 51 - Slide

Opdracht
  1. Per groepje vul je pagina 34 en 35 in.
    Klaar? Geef een seintje aan de leerkracht.

  2. Maak een poster met het programma Canva (www.canva.com) waar je een aantal tips noteert hoe mensen kunnen besparen op dagelijkse uitgaven.
    Lees goed de vereisten na op Classroom vooraleer je van start gaat. Deadline: donderdag 28 april (noteer in schoolagenda).

Slide 52 - Slide

Groepjes 2A

Slide 53 - Slide

Groepjes 2B

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Link