Significante cijfers

meetonzekerheden en significante cijfers
1 / 25
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

meetonzekerheden en significante cijfers

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat is een grootheid?
Iets dat je kan/gaat meten

Wat je hebt gemeten, druk je uit in een GETAL met een EENHEID

Slide 3 - Slide

meetwaarden en telwaarden
Meten met een meetinstrument 
of tellen van een hoeveelheid / aantal /stuks

Chemische hoeveelheid (in mol) is een telwaarde 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Hoeveel significante cijfers heeft het getal: 100,00
A
1
B
2
C
3
D
5

Slide 10 - Quiz

Hoeveel significante cijfers heeft het getal: 0,00003
A
1
B
4
C
5
D
6

Slide 11 - Quiz

Hoeveel significante cijfers heeft het getal: 0,07150
A
1
B
4
C
5
D
6

Slide 12 - Quiz

Hoeveel significante cijfers heeft het getal: 1,25 x 10^-2
A
1
B
2
C
3
D
5

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Optellen / aftrekken
1,00 + 0,7 =    1,7

2,25 - 1,1 =    1,2

Slide 15 - Slide

vermenigvuldigen / delen
2,00 x 0,70 = 1,4

2,30 / 0,5 = 5

Slide 16 - Slide

In hoeveel significante cijfers wordt het antwoord op de volgende som gegeven:

5000 + 2,0
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 17 - Quiz

In hoeveel significante cijfers wordt het antwoord op de volgende som gegeven:

50,00 / 2,0
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 18 - Quiz

In hoeveel significante cijfers wordt het antwoord op de volgende som gegeven:

50,00 - 2,0
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 19 - Quiz

In hoeveel significante cijfers wordt het antwoord op de volgende som gegeven:

5000 x 2,0
A
2
B
4
C
5
D
6

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Wat is het antwoord van de volgende som, met het juiste aantal significante cijfers en wetenschappelijke notatie

0,0050 x 0,0100 =
A
0,000050
B
0,0000500
C
5,0 x 10^-5
D
5,00 x 10^-5

Slide 22 - Quiz

Wat is het antwoord van de volgende som, met het juiste aantal significante cijfers en wetenschappelijke notatie

500,00 x 20,0 =
A
10.000
B
10.000,0
C
10,0 x 10^3
D
1,00 x 10^4

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Huiswerk 
Stencil met sommen maken.

Slide 25 - Slide