1.2 - Wortels en stengels / 1.3 Fotosynthese

Thema 1 
Planten

VMBO-TL 4
1 / 37
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 1 
Planten

VMBO-TL 4

Slide 1 - Slide

Thema 1 - Planten
1.1 - Bladeren
1.2 - Wortels en stengels
1.3 - Fotosynthese en verbranding
1.4 - Glucose als grondstof
1.5 - Voortplanting
1.6 - Bestuiving, bevruchting en verspreiding
1.7 - Ontkieming, groei en ontwikkeling

Slide 2 - Slide

1.1 - Bladeren
herhaling

Slide 3 - Slide

De afbeelding geeft een deel van de opperhuid van een blad weer met een huidmondje.
Hoe noem je de cel die is aangegeven met de letter Q?
A
Huidmondje
B
Opperhuidcel
C
Sluitcel

Slide 4 - Quiz


Een deel van het blad is uitvergroot. Hoe heet dit onderdeel?
A
Celkern
B
Vacuole
C
Huidmondje
D
Celwand

Slide 5 - Quiz

In welk onderdeel van het blad vind fotosynthese plaats?
A
In de bladmoescellen
B
In de opperhuid
C
In de vaatbundels
D
Fotosynthese vind niet plaats in het blad

Slide 6 - Quiz

Huidmondjes sluiten wanneer...
A
De sluitcellen vol zitten met vocht
B
De sluitcellen te weinig vocht hebben

Slide 7 - Quiz

1.2 - Wortels en stengels

Slide 8 - Slide

Doelen van de paragraaf
Je kent de onderdelen van de plant die zorgen voor opname van stoffen en transport
Je kan uitleggen hoe opname van stoffen door de wortels plaatsvind
Je kan uitleggen hoe transport van water door de plant plaatsvind

Slide 9 - Slide

Transport
Vaatbundels -> houtvaten/bastvaten

In stengel/stam: houtvaten binnen, bastvaten buiten
In blad: houtvaten boven, bastvaten onder

Slide 10 - Slide

Doorsnede stam/stengel
Doorsnede blad

Slide 11 - Slide

Transport
Houtvaten: dode houtcellen, op elkaar gestapeld -> soort rietje
Hebben een dikke celwand (met cellulose en houtstof)

Bastvaten: levende cellen, op elkaar gestapeld -> soort 'zeef' er tussen

Slide 12 - Slide

Stevigheid
Door houtcellen en vezels -> celwand bestaat uit cellulose en houtstof

Vezels zijn ook dode cellen, op elkaar gestapeld, steviger dan houtcellen

Niet afhankelijk van water, dus blijven stevig

Slide 13 - Slide

Stoffen opnemen
Via wortel(haren) komt water met mineralen binnen
Via houtvaten bijna al het water vervoerd richting bladeren

Water verdampt in bladeren

Slide 14 - Slide

1.3 - Fotosynthese en verbranding

Slide 15 - Slide

Doelen van deze paragraaf
Je weet het verschil tussen organische en anorganische stoffen
Je weet wat fotosynthese is en welke stoffen er bij betrokken zijn
Je weet wat verbranding is en welke stoffen er bij betrokken zijn
Je weet wanneer fotosynthese en verbranding plaatsvinden

Slide 16 - Slide

Stoffen
Organisch -> waaruit levende wezens bestaan. Voorbeeld: suiker, eiwit, cellulose
Anorganisch -> in levende en levenloze natuur. Voorbeeld: water, zout, zuurstof

Anorganische stoffen: geen energie, maar wel belangrijk! 

Slide 17 - Slide

Fotosynthese
Nodig: Koolstofdioxide en water (met zonlicht)

Levert op: Zuurstof en glucose 

Glucose: energierijke stof

Slide 18 - Slide

Reactie fotosynthese

Slide 19 - Slide

Verbranding
Deel gemaakte glucose en zuurstof gebruikt voor verbranding

Afvalstoffen: water + koolstofdioxide

Slide 20 - Slide

Reactie verbranding

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Stofwisseling bij de plant
In licht: Fotosynthese+verbranding
Meer aanmaak van zuurstof dan verbruik van koolstofdioxide -> zuurstof gaat de plant uit
In donker: Verbranding
Alleen verbruik zuurstof -> zuurstof gaat de plant in

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Vragen?

Slide 25 - Slide

Wat is de functie van de wortel?
A
Water verdampen
B
Water opnemen
C
Water gebruiken voor voedingsstoffen

Slide 26 - Quiz

In welke richting stroomt water met mineralen in de houtvaten?

A
Van de bladeren naar de wortels.
B
Van de bladeren naar alle delen van de plant.
C
Van de wortels naar de bladeren
D
Van de wortels naar alle delen van de plant.

Slide 27 - Quiz

Bastvaten bevinden zich aan de .......... van een blad.
A
onderkant
B
bovenkant

Slide 28 - Quiz

Via welke onderdelen worden water en mineralen in de wortels opgenomen?
A
Wortelharen
B
Vaatbundels
C
Houtvaten
D
Bastvaten

Slide 29 - Quiz

Stoffen waaruit organismen zijn opgebouwd, zijn...
A
Organische stoffen
B
Anorganische stoffen
C
Organische en anorganische stoffen

Slide 30 - Quiz

Water is een voorbeeld van een...
A
Organische stof
B
Anorganische stof

Slide 31 - Quiz

Voor fotosynthese heeft de plant alleen maar anorganische stoffen nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quiz

Een plant maakt met fotosynthese...
A
Zuurstof en water
B
Koolstofdioxide en water
C
Zuurstof en glucose
D
Koolstofdioxide en glucose

Slide 33 - Quiz

Voor verbranding heeft een mens water en glucose nodig
A
Waar
B
Niet waar, het is zuurstof en glucose
C
Niet waar, het is koolstofdioxide en glucose
D
Niet waar, het is water en zuurstof

Slide 34 - Quiz

Fotosynthese vindt alleen overdag plaats
A
Waar
B
Niet waar

Slide 35 - Quiz

Verbranding vindt alleen 's nachts plaats
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quiz

Aan het werk
- Opdrachten werkboek
- Samenvatting
-Mindmap

Eigen verantwoordelijkheid - zorg dat je alles bij elkaar houdt

Slide 37 - Slide