Test je kennis

Test je kennis 
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Test je kennis 

Slide 1 - Slide

Wat is methodisch werken?
A
Verpleegkundige zorg afstemmen op behoefte en wens van de cliënt
B
Werken op basis van een cyclisch stappenplan
C
Werken volgens gezondheidspatronen van Gordon
D
Persoonsgericht werken, je bent gastvrij

Slide 2 - Quiz

Wat is het doel van rapporteren?
timer
1:00
A
Het is leuk om te vertellen wat de patiënt heeft meegemaakt.
B
Het is een methode om collega's en clienten op de hoogte te houden van jouw dagplanning.
C
Het is een methode om je collega's op de hoogte te houden van jouw persoonlijke interpretatie's van de situatie.
D
Het doel van rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening.

Slide 3 - Quiz

timer
1:00
Objectief
Subjectief
Feiten
Waarnemingen
Vaststelingen
individuele gevoelens
Vooroordelen
Meetbaar
Feitelijk
Gekleurd

Slide 4 - Drag question

S
O
A
p
Tijdens de verzorging zei meneer dat hij misselijk
was
Meneer werd tijdens de verzorging wit in het
gezicht en werd wat stil. Bij het overeind gaan zitten draaide de heer met zijn ogen.
Controles gedaan. Bloeddruk en hartslag hoger
dan normaal 
(zie metingen) 
Arts gebeld. De arts komt voor 10.00 uur bij
meneer langs. Meneer in overleg in bed laten liggen

Slide 5 - Drag question

Hoe kun je het beste handelen in een crisis situatie
A
Rustig blijven
B
goed voorbereid zijn op een protocol
C
wegrennen
D
hulp halen

Slide 6 - Quiz

Wat is non-verbale communicatie?

Slide 7 - Open question

Waarom gebruiken wij de SBARR methode bij een zorgvrager?
A
om de vitale situatie in kaart te brengen
B
om methodisch over te dragen
C
Dan weten we wanneer we een arts moeten bellen
D
om goed en efficiënt te rapporteren

Slide 8 - Quiz

hyperglykemie is? 
Te laag suiker gehalte in het bloed
Te hoog suiker gehalte in het bloed 
Diabetes coma

Slide 9 - Drag question

Als iemand een hyperglykemie heeft, zou de vervolgstap kunnen zijn...
A
arts bellen, iemand eten geven en water laten drinken
B
arts bellen, Iemand insuline toedienen e/o water laten drinken
C
arts bellen, iemand pure ranja e/o een boterham geven
D
Geen van bovenstaande zijn goed

Slide 10 - Quiz

Grensoverschrijdend gedrag is...
A
gedrag wat over jouw grens gaat
B
Gedrag waarmee je over de grens van de ander gaat
C
Gedrag waarmee je ander emotioneel benadeeld
D
Gedrag waarmee je de ander mentaal schade toebrengt.

Slide 11 - Quiz

Iedereen met dementie valt onder de wet zorg en dwang
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Wat is het doel van de wet Zorg en Dwang?
A
Onvrijwillige zorg zo veel mogelijk voorkomen
B
Onvrijwillige zorg zo veel mogelijk toepassen
C
Zorgvragers beschermen
D
Zorgvragers betuttelen

Slide 13 - Quiz

Waar staat WMO voor?

Slide 14 - Open question

Welke wet regelt zware, intensieve zorg voor kwetsbare ouderen, mensen met een handicap en/of een psychische aandoening
A
WMO
B
WLZ
C
WKKGZ
D
ZVW

Slide 15 - Quiz

We gebruiken de ABCDE-methodiek voor vitale functies.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

De ABCDE-methode wordt door zorgverleners toegepast om de toestand van een zorgvrager in te schatten en daarmee de urgentie van de hulpverlening te bepalen.

Sleep de woorden van de ABCDE-methode naar de juiste plek.
Disability
Environment
Airway
Breathing
Circulation

Slide 17 - Drag question

MEWS staat voor:
A
Modified Extasy with School
B
Modified Evening Wander Symptoms
C
Modified Early Warning System
D
Modified Elderly Wisdom Signals

Slide 18 - Quiz

Met het redeneerhulpmiddel MEWS:

A
Kun je controleren of een verpleegdoel goed is geformuleerd.
B
Bepaal je welke aanvullende informatie je moet verzamelen.
C
Beoordeel je de vitale functies van de zorgvrager.
D
Kun je helder en snel over de zorgvrager communiceren met de dokter of andere disciplines.

Slide 19 - Quiz

Wat is een CVA
A
Een verzamelnaam voor spierziekte
B
Een auto-imuunziekte
C
Een bloeding in het hoofd door een ongeval
D
Een verzamelnaam voor een herseninfarct en hersenbloeding

Slide 20 - Quiz

Sleep naar de juiste categorie
Juist
Onjuist
Een CVA is een beroerte. 
TIA is een CVA MET blijvende gevolgen
CVA gaat het om een hersenbloeding
CVA: bloedvoorziening hersenen acuut onderbroken
CVA komt meest voor als oorzaak aangeboren hersenletsel.

Slide 21 - Drag question

Wat houdt intoxicatie?
A
Vergiftiging
B
Gewenning
C
Ontwenning
D
Shock

Slide 22 - Quiz

Wat zijn de 5 belangrijkste punten van EHBO?
Let op gevaar
Ga na wat er is gebeurt en wat het slachtoffer mankeert
Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
Zorg voor professionel hulp
Help het slachtoffer op d eplaats waar hij of zij ligt
1
2
3
4
5

Slide 23 - Drag question

start reanimatie

geef 2 beademingen
ga door met 30-2
geef 30 borstcom-pressies
zet AED aan, zodra aanwezig

Slide 24 - Drag question

hoe was deze test?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll