Week 8 les 1 2A

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:00
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:00

Slide 1 - Slide

Vandaag

Economie toets bespreken
Herkansing

Slide 2 - Slide

Wat vonden jullie van de toets?
Steek je hand op!

Slide 3 - Slide

Stappenplan vragen
  • Wat word er van je gevraagd?
  • Welke formule/theorie heb ik hiervoor nodig? 

  • Schrijf een volledige omschrijving/berekening op.( Alles wat je op je rekenmachine intypt schrijf je ook op!
  • Schrijf je antwoord op.

Slide 4 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
  • Welke formule/theorie? 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 5 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie? 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 6 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 7 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = 
€4,00 x 52 : 12 =
  • Antwoord

Slide 8 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen
  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = €3,69
€4,00 x 52 : 12 
  • Antwoord
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week
€4,00 x 52 : 12 = €17,33 per maand

Slide 9 - Slide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.
----------------------------------------------------
Antwoord:
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week dus een maand abonnement is goedkoper.

€4,00 x 52 : 12 = €17,33 per maand is duurder dan een maand abonnement.


            Stappenplan vragen
  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 
€4,00 x 52 : 12 = €17,33 
  • Antwoord
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week
€4,00 x 52 : 12 = €17,33  per maand

Slide 10 - Slide

Toets

Ik deel de toets uit.

Let op en schrijf mee.
Je kan 2 punten extra verdienen.

Slide 11 - Slide

Belangrijke tips
  • Schrijf ALTIJD iets op.
  • Klaar? Controleer je toets!!
  • Neem je rekenmachine mee.

Slide 12 - Slide

Nieuwe spelregel
  • Je schrijft altijd met blauw of zwart.
  • Géén potlood.
  • Géén rood.

Ik kijk je toets NIET na.

Slide 13 - Slide






Vragen over de herkansing?

Slide 14 - Slide