H3, introductie paragraaf 1

Vandaag:

Toets  bespreken stellen we uit
Intro hoofdstuk 3, ordening
instructie paragraaf 1
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Vandaag:

Toets  bespreken stellen we uit
Intro hoofdstuk 3, ordening
instructie paragraaf 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen vandaag:
3.1.1 J Je kunt organismen indelen in hoofdgroepen en rijken
3.1.2 Je kunt de cel kenmerken noemen van dieren, planten, schimmels en bacteriën
3.1.3 Je kunt de groepen noemen die ontstaan bij de verdere indeling van een rijk

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Introductie thema 3
Biologen willen orde scheppen tussen alle verschillende organismen die er bestaan. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Van chaos-> naar orde

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Opdracht:

Lees basisstof 1 op pagina 170 t/m 173
Je krijgt hiervoor 5 minuten
Dit doe je in stilte
timer
5:00

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Opdracht:
In tweetallen bekijk je goed wat je allemaal in je schooltas hebt.
Dan maak je vier groepen.
In één groep zet je de dingen met dezelfde
kenmerken.
Geef de groepen een naam.
      Dan ga je alles wat je in je schooltas hebt in één van de
vier groepen plaatsen die je hebt gemaakt. Dit schrijf je op.
Je hoeft niet alle spullen op tafel te leggen. 
timer
2:00

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Analyse opdracht

Was het moeilijk om alles in maar vier groepen te verdelen?
Hadden meer verschillende groepen het ordenen makkelijker gemaakt?
Had je de groepen ook anders kunnen verdelen?
Anders kunnen noemen?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Ordenen
Bij ordenen verdeel je een verzameling in een groepen met hetzelfde kenmerk. 
Biologen doen dat om beter overzicht te krijgen.


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Ordenen
Biologen ordenen aan de hand van kenmerken van organismen.
Dit doen ze aan de hand van de kenmerken van de cellen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Ordenen Stap 1
Een van die kenmerken is kijken naar de celkern.
Hoofdgroep 1: eukaryoten (met celkern)
Hoofdgroep 2: prokaryoten (zonder celkern)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Ordenen Stap 2
Nadat je de hoofdgroep bepaalt hebt, kun je verder verdelen in de rijken (afbeelding 1 blz. 170):


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Ordenen Stap 3
Bij de indeling van de rijken kijken biologen naar cel kenmerken:
- Celkern
- Celwand
- Bladgroenkorrels

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën
Geen celkern, het erfelijke materiaal zweeft door het cytoplasma.
Altijd ééncellig. Andere organismen bestaan altijd uit meerdere.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Schimmels
  • Geen bladgroenkorrels!
  • Bestaat meestal uit meerdere 
     cellen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Planten
  • Wel bladgroenkorrels
  • Bestaat meestal uit meerdere cellen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Bladgroenkorrels= fotosynthese, alleen bij planten

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Dieren
  • Geen bladgroenkorrels, geen celwand
  • Bestaat meestal uit meerdere cellen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Soort
Kleinste groep waarin je dieren kan indelen.
Ze kunnen samen voor vruchtbare nakomelingen zorgen. 
De kinderen kunnen zich ook weer voortplanten.

Slide 19 - Slide

MH;
Welke 3 rijken zijn er?
Welke 2 domeinen zijn er?
KMH:
Wat heeft een schimmel niet en een plant wel?
Wat heeft een schimmel wel maar een dier niet?
Wat heeft een dier wel maar een schimmel niet?
Wat hebben een schimmel en een plant allebei maar een dier niet? 
De cellen op het kleine plaatje zijn van een....?
Niet van hetzelfde soort
Geen vruchtbare nakomelingen!!!
   

Slide 20 - Slide

MH;
Welke 3 rijken zijn er?
Welke 2 domeinen zijn er?
KMH:
Wat heeft een schimmel niet en een plant wel?
Wat heeft een schimmel wel maar een dier niet?
Wat heeft een dier wel maar een schimmel niet?
Wat hebben een schimmel en een plant allebei maar een dier niet? 
De cellen op het kleine plaatje zijn van een....?
Huiswerk
Maak een begrippenlijst van de blauwe woorden.
Vindt je het moeilijk om het begrip uit de tekst te halen, kijken dan op pagina 262
Maak opdracht 2,4, 7 en 8.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions