Thema 1, les 4 directe rede

• Taal
• Basisschool
• Groep 8

Wanneer zet je iets tussen aanhalingstekens?

Wanneer een komma bij de letterlijke tekst hoort, staat de komma ......... het aanhalingsteken.

1. Voor
2. Na

In welke zin staan alle leestekens goed?

1. 'Youssri speelt altijd de baas,' riep Melroy.
2. 'Youssri speelt altijd de baas, riep Melroy.'

'Jullie verzinnen nooit iets, vond Youssri, dus ik moet wel.'

1. Goed
2. Fout

In welke zin staan alle leestekens goed?

1. 'Ik verzin best wel wat, mopperde Isa.'
2. 'Ik verzin best wel wat,' mopperde Isa.

In welke zin staan alle leestekens goed?

1. 'Echt waar?' plaagde Youssri. 'Geef eens een voorbeeld.'
2. Echt waar? ' plaagde Youssri. 'Geef eens een voorbeeld.

Melroy zei: 'Zullen we gaan tennissen?'

1. Goed
2. Fout

Goed zei Youssri dan benoem ik Isa vandaag tot baas

Mooi lachte Isa zullen jullie doen wat ik zeg

We zullen alles doen beloofde Melroy

Isa grinnikte geef me dan maar allebei een euro

Onthef haar uit haar functie riep Melroy boos

Ik geloof zei Youssri langzaam dat jou visie op leiderschap niet helemaal klopt