Macaroni

Macaroni
1 / 12
next
Slide 1: Slide
KokenPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 135 min

Items in this lesson

Macaroni

Slide 1 - Slide

Waar let je vandaag op?
* VEILIGHEID
    - Op de juiste manier het koksmes meenemen en gebruiken
    - Snijtechniek
* Gebruik kookplaten en pannen

* SAMENWERKEN
    - bespreek de taken (afwasser, afdroger, schoonmaker/opruimer)
    - mét elkaar zorgen dat het lokaal weer netjes is

Slide 2 - Slide

Macaroni
Macaroni koken:

* Kookpan vullen met water (helft) en beetje zout
* Water koken -> welke stand?
* Wanneer de macaroni in het water?
* Hoe houd je de tijd bij?
* Afgieten in een vergiet

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Saus
Saus maken:

* Groenten BRUNOISE snijden (kleine, gelijke blokjes)
* Gehakt rul bakken
* Wortel als eerste meebakken, daarna de rest van de groenten
* Tomatenpuree erbij en goed door elkaar roeren (ontzuren)
* Water toevoegen en weer goed roeren
* Eventueel extra op smaak brengen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Opmaak
Meng de macaroni door de saus

Schep op een bordje wat je denkt te gaan eten

Strooi er wat geraspte kaas over

Eet smakelijk!

Slide 7 - Slide

Afwassen en schoonmaken

Slide 8 - Slide

Afwasser
* Veegt alle restjes van borden en pannen in het afvalbakje
* Spoelt alles voor onder koud stromend water
* Maakt een stapel van alles wat afgewassen moet worden
* Maakt een sopje van warm water met een beetje (!) afwasmiddel
* Wast alles netjes schoon
* Zet alles wat afgewassen is in het druiprek
* Maakt de wasbak schoon (alle spullen uit het putje!)
   Spoelt het sop weg

Slide 9 - Slide

Afdroger
* droogt alles netjes af
* Zet alles wat droog is aan de andere kant
* Maakt de wasbak en de kranen droog
* Maakt de werkbank aan de kant van de spoelbak droog en schoon

Slide 10 - Slide

Schoonmaker
* Ruimt alle droge materialen op de juiste plek op
* Maakt de werkbank aan de kant van de kookplaat schoon en droog
* Ruimt na afloop alle afwasspullen op (rek, borstel, stop, enz.) 
* Veegt de werkplek schoon (ook stoffer & blik)

Slide 11 - Slide

Woord

Slide 12 - Slide