This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Waar denk je aan bij "het bewustzijn"
Slide 2 - Mind map
Doel van de les
Leesdoel: Je wordt je bewust dat er dingen in het lichaam gebeuren die het gedrag beïnvloeden.
Lesdoel: Je kunt verwijswoorden in de zin vinden en weet ook waar deze verwijswoorden naar verwijzen.
Slide 3 - Slide
De juf leest voor
Slide 4 - Slide
Denkvraag:
In de tekst zie je een paar keer een wit poppetje staan. Waar staat dit poppetje voor?
Slide 5 - Slide
Wat is een verwijswoord?
Verwijswoorden kunnen in een tekst verwijzen naar:
iets of iemand, eengebeurtenis of naar een plek.
Een verwijswoord is een woord dat naar een woord verwijst dat al eerder is gebruikt;
Een verwijswoord kan ook verwijzen naar een woord dat verder in de tekst staat;
Een verwijswoord kan verwijzen naar: een woord, een groepje woorden of naar een hele zin.
Slide 6 - Slide
Verwijswoorden
Verwijswoorden verwijzen naar iets of iemand in de tekst. Op de plaats van het verwijswoord kun je altijd een ander woord invullen en soms zelfs een zin.
Voorbeelden van verwijswoorden: hij, hem, deze, die
zij, haar, deze, die, het, dit, dat
Slide 7 - Slide
Ik
Slide 8 - Slide
Wij
Slide 9 - Slide
Jullie
Slide 10 - Slide
Denkvraag:
Waarom zouden wij robots met een bewustzijn willen?
Slide 11 - Slide
Tweetallen
Alleen
Arceer de verwijswoorden die je vindt en geef met een pijl aan waar het woord naar verwijst.
timer
1:00
Slide 12 - Slide
Afsluiting
Slide 13 - Slide
Wat heb je gedaan tijdens deze les waar je trots op bent?
Slide 14 - Open question
Welk cijfer zou je jezelf geven voor je werkhouding?