2.1 Het skelet

2.1 Botten
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.1 Botten

Slide 1 - Slide

2.1 Leerdoelen
  • Je kent de namen van botten en kunt ze benoemen in het skelet.
  • Je kunt de taken van het skelet noemen.
  • Je kunt de bouw van een bot beschrijven en kunt been en kraakbeen herkennen.
  • Je kunt beschrijven waar botten uit bestaan en hoe dat verandert als je ouder wordt.
  • Je kunt uitleggen hoe de wervelkolom schokken opvangt.

Slide 2 - Slide

1. Je kent de namen van botten en kunt ze benoemen in het skelet.

Slide 3 - Slide

Soorten skeletten
  • Inwendig skelet
  • Uitwendig skelet (chitine, vervellen)
  • Geen skelet

Slide 4 - Slide

Opbouw lichaam
Globaal bestaat je lichaam uit drie onderdelen:
- Hoofd
- Romp 
- Ledematen (armen en benen)

Slide 5 - Slide

Menselijk skelet 
Het skelet bestaat uit 206 botten (beenderen). 

Ezelsbruggetje
De ellepijp zit vast aan de kant van de pink.


Leer bron 2, 3 en 4 uit je hoofd.
-> Hoe zou jij dit aanpakken?






Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

2. Je kunt de taken van het skelet noemen.

Slide 8 - Slide

Functies van het skelet 
  1. Stevigheid geven
  2. Vorm geven 
  3. Bescherming organen 
  4. Beweging mogelijk maken 

Slide 9 - Slide

3. Je kunt de bouw van een bot beschrijven en kunt been en kraakbeen herkennen.

Slide 10 - Slide



Pijpbeenderen:  rond
Rood beenmerg 
Mergholte met geel beenmerg
Bijv: 


Platte beenderen: plat
Rood beenmerg

Soorten beenderen
Rood beenmerg = aanmaak bloedcellen
Geel beenmerg = opslag vet

Slide 11 - Slide

Beenweefsel
Botten bestaan uit cellen  met tussencelstof met veel kalk (hard en stevig) en weinig lijmstof (buigzaam). 

Slide 12 - Slide

Kraakbeenweefsel
Kraakbeen bevat veel lijmstof en weinig kalk. Hierdoor is het buigzaam. 
Waar 2 botten tegen elkaar komen, zit ook een laagje kraakbeen. 

Slide 13 - Slide

4. Je kunt beschrijven waar botten uit bestaan en hoe dat verandert als je ouder wordt.

Slide 14 - Slide

Baby's
Hebben veel lijmstof en weinig kalk in hun botten. Ze breken bijna nooit een bot. Ze zijn ook erg soepel en lenig. 

Bejaarden
Hebben veel kalk en weinig lijmstof in hun botten. Als ze vallen, breken ze snel hun botten. 


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

5. Je kunt uitleggen hoe de wervelkolom schokken opvangt.

Slide 17 - Slide

Hoe vangt de wervelkolom schokken op?
  • Dubbele S-vorm: wervelkolom kan een beetje in elkaar geduwd worden en weer terugveren

  • Kraakbeenschijven: zachte kern (bron 12)

Beide zorgen ze voor VEERKRACHT

Slide 18 - Slide

De rugspieren helpen ook mee
Opbouw kraakbeenschijven

Slide 19 - Slide

Huiswerk 2.1
Bestudeer blz. 67 t/m 78.
Maken + nakijken opdr. 3, 4, 5, 8, 10, 12, 13, 15, 16, 19, 21, 22.



Slide 20 - Slide