2.4 Stadplanning: nieuwe en groeiende steden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

2.4 Stadplanning: nieuwe en groeiende steden

Havo/Vwo 2 buiteNLand editie 5

Planning voor deze les

Herhaling tot nu toe

Leerdoelen bekijken

Uitleg

Opdrachten maken

Afsluiten

Er zijn drie soorten steden, welke niet?

1. Megastad
2. Miljoenenstad
3. Wereldstad

Een landelijk gebied heeft ... voorzieningen.

1. Weinig
2. Veel

Het verstedelijkingsTEMPO laat zien hoe snel de stad groeit.

1. Eens
2. Oneens

Je buurman verhuist vanuit Borger naar Rotterdam

1. Urbanisatie
2. Re-urbanisatie

Het stratenpatroon van Amsterdam en veel andere Europese steden is ...

1. modern
2. historisch

Diemen ligt op 10 minuten met de Trein van Johan Cruijff Arena is een voorbeeld van ...

1. absolute ligging
2. relatieve ligging

Absolute ligging

Absolute ligging verwijst naar de exacte plaats van een locatie op de aardbol.

Voorbeeld: De absolute ligging van Amsterdam is ongeveer 52,37° N (breedte) en 4,89° E (lengte).

In een CBD zijn veel villa's te vinden.

1. JA
2. NEE

Dit is een voorbeeld van ...

1. zelfbouwwijk
2. sociale woningbouw

Gentrificatie maakt de stad

1. goedkoper
2. duurder

Leerdoelen

• Je weet met welke onderwerpen stadsplanning rekening moet houden.
• Je begrijpt met welke moeilijkheden stadsplanning te maken heeft.
• Je kunt verschillende manieren van stadsplanning beschrijven. 

Stadsplanning

= Van tevoren nadenken over de in te richten ruimte.

Je kunt niet zomaar ergens mee 

beginnen, overal zit veel denkwerk

achter.

1. Aanwezigheid water

2. Er moet Werkgelegenheid zijn

3. Er moet variatie zijn aan inwoners (niet alleen rijk/arm)

4. Infrastructuur

5. Voldoende Voorzieningen  

6. Er moeten wetten en handhaving zijn

Stadsplanning

Zes belangrijke dingen:

1. Aanwezigheid van water
2. Er moet werkgelegenheid zijn
3. Er moet variatie zijn aan inwoners (niet alleen rijk/arm)
4. Er moet infrastructuur zijn
5. Er moeten voldoende voorzieningen zijn
6. Er moeten wetten en handhaving zijn

Ga aan de slag met:

1,3,4 op blz 88

Moeilijkheden

Alle net genoemde punten zijn lastig om samen te krijgen. Er werken veel mensen samen. Zoveel mensen, zoveel wensen.

Veiligheid of snelheid? Dure of betaalbare plekken?

In snel groeiende steden, gaat het proces te snel en is dit nog moeilijker. Ook in informele economieën.

Verschillende manieren

Top-down: De overheid bepaalt hoe, wat en voor wie.

Bottom-up: De inwoner (+ organisaties zoals kerk) bepaalt hoe en wat.

Welke vorm wordt gekozen = politiek bepaald

Keuze in opdrachten

Keuze maken uit de volgende opdrachten:

• Opdrachten van deze les maken
• Mindmap maken van deze les of de lessen 1 t/m 4
• Bepaal voor jouw eigen stad (les 2) hoe de verschillende onderwerpen eruit zien (water/werk/inwoners/infrastructuur/voorzieningen/wetten) schrijf dat op en teken het erbij.
• Vragen aan mij stellen over de lessen 1 t/m 4

Tot de volgende keer

Succes met de toetsen en alvast

een hele fijne vakantie gewenst!