2.4 Stadplanning: nieuwe en groeiende steden

1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

2.4 Stadplanning: nieuwe en groeiende steden

Slide 2 - Slide

Planning voor deze les
Herhaling tot nu toe
Leerdoelen bekijken
Uitleg
Opdrachten maken/ kerstquizzzzz
Afsluiten

Slide 3 - Slide

Elke plaats met 20.000 inwoners is een stad.
A
JA
B
NEE

Slide 4 - Quiz

Er zijn drie soorten steden, welke niet?
A
Megastad
B
Miljoenenstad

Slide 5 - Quiz

Een landelijk gebied heeft ... voorzieningen.
A
Weinig
B
Veel

Slide 6 - Quiz

Het verstedelijkingsTEMPO laat zien hoe snel de stad groeit.
A
Eens
B
Oneens

Slide 7 - Quiz

Het stratenpatroon van Kampen en veel andere Europese steden is ...
A
modern
B
historisch

Slide 8 - Quiz

Kampen ligt op 10 minuten met de trein van Zwolle is een voorbeeld van ...
A
absolute ligging
B
relatieve ligging

Slide 9 - Quiz

In een CBD zijn veel villa's te vinden.
A
JA
B
NEE

Slide 10 - Quiz

Dit is een voorbeeld van ...
A
zelfbouwwijk
B
sociale woningbouw

Slide 11 - Quiz

Gentrificatie maakt de stad
A
goedkoper
B
duurder

Slide 12 - Quiz

Leerdoelen
  • Je weet met welke onderwerpen stadsplanning rekening moet houden.
  • Je begrijpt met welke moeilijkheden stadsplanning te maken heeft.
  • Je kunt verschillende manieren van stadsplanning beschrijven. 

Slide 13 - Slide

Stadsplanning
= Van tevoren nadenken over de in te richten ruimte.

Je kunt niet zomaar ergens mee 
beginnen, overal zit veel denkwerk
achter.

Slide 14 - Slide

Stadsplanning
Zes belangrijke dingen:
  1. Aanwezigheid van water
  2. Er moet werkgelegenheid zijn
  3. Er moet variatie zijn aan inwoners (niet alleen rijk/arm)
  4. Er moet infrastructuur zijn
  5. Er moeten voldoende voorzieningen zijn
  6. Er moeten wetten en handhaving zijn

Slide 15 - Slide

Moeilijkheden
Alle net genoemde punten zijn lastig om samen te krijgen. Er werken veel mensen samen.
  •  Zoveel mensen, zoveel wensen.
  • Veiligheid of snelheid? 
  • Dure of betaalbare plekken?

Slide 16 - Slide

Verschillende manieren
  • Top-down: De overheid bepaalt hoe, wat en voor wie.
  • Bottom-up: De inwoner (+ organisaties zoals kerk) bepaalt hoe en wat.

Welke vorm wordt gekozen = politiek bepaald

Slide 17 - Slide

Opdracht droomstad
Wat: Je gaat je eigen droomstad ontwerpen
Hoe: denk terug aan wat je hebt geleerd, met welke onderwerpen moet je rekening houden bij stadsplanning .
Wie: Individueel.
Tijd: 15 minuten .


Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Nu: 
Lezen blz. 86 en 87 paragraaf 2.4
maken blz. 88 vraag 2-3-5-6
Ben je klaar?
Maak dan in Studygo de begrippenlijst aan

Slide 20 - Slide