Uitleg H11 leerdoel 4
Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.
Stel je vragen aan de docent die gaat streamen.
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
This lesson contains 15 slides, with text slides.
Lesson duration is: 40 minItems in this lesson
Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.
Stel je vragen aan de docent die gaat streamen.
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel.
Slide 1 - Slide
Lesson Up
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Weet je het nog?
- Ontbind in zoveel mogelijk factoren: 36x²
- Ontbind de formule: p = 6q² + 18q
- Ontbind de formule: y = x² -10x +9
Slide 4 - Slide
Ik kan met ontbinden in factoren een vergelijking oplossen.
Succescriteria
Ik weet wat ontbinden in factoren betekend.
Ik kan een tweeterm herkennen.
Ik kan een gemeenschappelijke factor voor de haakjes halen.
Ik kan een drieterm herkennen.
Ik kan de som - product methode toepassen.
Slide 5 - Slide
y = ax² + bx
y = ax² + c
y = bx + c
Haal de gemeenschappelijke factor
voor de haakjes.
y = x² + bx + c
Gebruik de som product methode!
b = som en c = product
Ontbind in factoren
Slide 6 - Slide
Je hebt eerder geleerd om een vergelijking op te lossen met de balansmethode.
Stap 1 Noteer de vergelijking.
Stap 2 Vereenvoudig beide kanten van het =-teken
(haakjes wegwerken, termen samenvoegen)
Stap 3 Los op met de balansmethode.
Stap 4 Geef antwoord op de vraag.
Stap 5 Controleer je antwoord (vul de variabele in).
Slide 7 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul, als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x + 3)= 0
Slide 8 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x + 3)= 0 als x =0 of x-3 =0
Slide 9 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x + 3)= 0 als x =0 of x-3 = 0
2x (3x + 1)=0
Slide 10 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x + 3) =0 als x =0 of (x-3) =0
2x (3x + 1) =0 als 2x =0 of 3x-1 =0
Slide 11 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x +3) =0 als x =0 of (x -3) =0
2x (3x +1) =0 als 2x =0 of 3x -1 =0
(x +3)(x+ 1) =0 als x +3 =0 of x +1 =0
Slide 12 - Slide
A x B = 0
Een product van twee factoren is gelijk aan nul als ten minste één van de factoren nul is.
dus:
x (x +3) =0 als x =0 of (x -3) =0
2x (3x +1) =0 als 2x =0 of 3x -1 =0
(x +3)(x+ 1) =0
Slide 13 - Slide
Aan de slag
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift?
Maak opgaven:
Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur.
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!
Ondersteunende route: 27, 28, O29abcd, 31, O32, 32cdgh, 33
Doorlopende route: 27, 28, 29def, 32, 32, 33
Uitdagende route: 27, 28, 29def, 32cdfgh, 33, U7 en U8
Ondersteunende route: O19, 19, 20, 21, 22, O23, 24, 25
Doorlopende route: 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25
Uitdagende route: 18, 19, 21, 22, 24, 25, U5, U6
Ondersteunende route: O35, 35, O37, 38, 39
Doorlopende route: 35, 36, 37, 38, 39
Uitdagende route: 35, 37, 38, 39, U9
Slide 14 - Slide
Bedankt voor vandaag!
Ga thuis verder met
de lessen in LessonUp!
