Hoofdstuk 3 grammatica en spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4

Grammatica en spelling 

Voordat we beginnen...regels

• Telefoon is weg!! De pineut als ik je telefoon toch zie
• Spelletjes op je IPad. Zie ik het? Mag je vertrekken. Zie ik het niet? Mag je blijven zitten.
• Blijf van elkaar en van elkaars spullen af. Je zit nu aan het eind van klas 3 

Vorige week 

• 4.7 jou/jouw en als/dan
• 4.8  meervouden en samenstellingen

Wat hebben we tot nu toe gedaan?

• 3.7 grammatica: woordsoorten
• 4.7 grammatica: jou/jouw en als/dan 
  
• 3.8 spelling: zelfstandige naamwoorden: meervouden en samenstellingen.
  
• 4.8 spelling: bijvoeglijk naamwoord, stoffelijk bijvoeglijk naamwoord en het als bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
  
• 3.8 en 4.8: werkwoordspelling 

Welke onderdelen vind ik nog moeilijk?

1. 3.7 grammatica woordsoorten
2. 3.8 spelling samenstellingen (maneschijn)
3. 4.7 grammatica jou/jouw en als/dan
4. Werkwoordspelling

Vandaag 

•  Nieuw onderdeel: 4.8 spelling bijvoeglijk naamwoord, stoffelijk bijvoeglijk naamwoord en het als bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord.
• Begin maken met de opdrachten
• Tijd over. Goud spel? 

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Bijvoeglijk naamwoord

• Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.   

De blauwe schoen.

Het oude huis staat op een berg.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

1. oude
2. berg
3. staat
4. huis

Wat zijn voorbeelden van stoffelijk bijvoeglijke naamwoorden?

1. Lieve, drukke, mooi
2. Ijzeren, gouden, wollen

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

• Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt van welk materiaal het zelfstandig naamwoord gemaakt is. Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord eindigt op -en. 

Een zilveren ring

Uitzondering: Als het bewerkt materiaal is, schrijf je alleen het woord.

De tas is van plastic.

Het is een plastic tas. Dus geen plasticEN tas. 

1. Een gouden kettinkje.
2. De drukke hond.
In welke zin staat een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

1. Zin 1
2. Zin 2

Wij hebben thuis een eiken tafel en een rieten dak. Wat zijn stoffelijk bijvoeglijke naamwoorden?

1. Thuis en dak
2. Eiken en rieten
3. hebben en tafel

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Je kunt ook een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruiken.

Het eten is aangebrand. 

 Het aangebrande eten.

Je schrijft het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord zo kort mogelijk.

Het schilderij is gestolen.
Het ... schilderij.

Het huis is afgebrand.
Het ... huis.

0

Maak van 4.8 opdracht:

2, 4abc, 5, 6abc en 7.

4.8 Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord en werkwoordspelling

Dian schreef een keurige mail.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

1. schreef
2. een
3. keurige
4. Dian

Huiswerk kader 3

Paragraaf 4.8 Spelling

Opdracht: 2, 4abc, 5, 6abc, 7