4.4 Filmen met je ogen

Waardoor zie je scherp
• Lens maakt het beeld scherp
op je netvlies
• Beeld is veel kleiner en op z'n
kop
• Hersenen vertalen het beeld
• Je ziet nu ware grootte en
rechtop
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Waardoor zie je scherp
• Lens maakt het beeld scherp
op je netvlies
• Beeld is veel kleiner en op z'n
kop
• Hersenen vertalen het beeld
• Je ziet nu ware grootte en
rechtop

Slide 1 - Slide

4.4 Filmen met je ogen

Slide 2 - Slide

Scherp zien
• Scherp zien- door ooglens
die boller en platter wordt
• Lens kan van vorm
veranderen: elastisch
• Bolle lens: dichtbij scherp
• Platte lens: veraf scherp

Slide 3 - Slide

Goed zien: accomoderen

Slide 4 - Slide

Accomoderen
Het beeld moet precies op netvlies komen om scherp te zien

Voorwerp dichtbij: ooglens wordt boller = sterkere werking = beeld op netvlies

Voorwerp verder weg = minder sterke werking = beeld op netvlies

Slide 5 - Slide

Aan de slag
  • Lees tekstboek blz. 96 en 97
  • Maak opdracht 2 t/m 6 in je werkboek van paragraaf 4.4
timer
20:00

Slide 6 - Slide

Slecht zien: bijziend en verziend 

Slide 7 - Slide

Bijziend

Slide 8 - Slide

Verziend

Slide 9 - Slide

Ezelsbruggetje

Ben je bijziend kun je alles dichtbij goed zien 
en in de verte niet! 

Ben je verziend kun je in de verte goed zien 
maar dichtbij niet!

Slide 10 - Slide

Waardoor kun je scherp zien?
A
Doordat er een beeld op de lens ontstaat.
B
Doordat de vorm van het netvlies verandert.
C
Doordat het beeld op het netvlies wordt omgedraaid.
D
Doordat de bolvorm van de ooglens verandert.

Slide 11 - Quiz

Wat gebeurt er bij accommoderen?
A
Er vormt zich een beeld op het netvlies
B
Er stroomt lucht van de trommelholte naar de keelholte
C
De bolvorm van de ooglens verandert
D
Het beeld op het netvlies wordt omgedraaid.

Slide 12 - Quiz

Aan de slag
  • Lees blz. 97 in je tekstboek
  • KGT: maak opdracht 2 t/m 10 van paragraaf 4.4
  • HV: maak opdracht 2 t/m 12 van paragraaf 4.4

Slide 13 - Slide