This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 5 min
Items in this lesson
§14.4 Impulsoverdracht tussen neuronen
Slide 1 - Slide
vorig § actiepotentiaal
impulsen door zenuwen
vandaag: impulsen doorgeven van het ene neuron naar
een ander neuron
naar een spier of klier
BINAS
88G
Slide 2 - Slide
synaps
- plek waar impulsoverdracht tussen twee cellen plaatsvindt
- dunne spleet tussen twee zenuwcellen
- communicatie met stofjes = neurotransmitters
Slide 3 - Slide
axon, presynaptische cel
dendriet postsynaptische cel
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
neurotransmitters
exiterende = stimulerende werking
=> Na+ kanalen open, Na+ naar binnen en membraan potentiaal stijgt (acetylcholine)
inhiberende = remmende werking
=> K+ kanalen openen, K+ naar buiten en membraan potentiaal daalt
=> hyperpolarisatie
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
summatie = optelsom
Alle inhiberende en exciterende potentialen bij elkaar opgeteld bepaalt of er een actiepotentiaal plaatsvindt in de postsynaptische cel.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Zuid-Amerikaans inheemse bevolking
pijltjes met curare hebben een
verlammende en dodelijke werking
Hoe werkt het?
Slide 12 - Slide
Het gif bevat bestanddelen die de prikkeloverdracht van de zenuw aan de skeletspier onderbreken. Deze bestanddelen binden zich aan de receptor van de neurotransmitter acetylcholine zonder dat ze de receptor activeren. Daardoor krijgt de spier geen prikkels meer, waardoor de spier zich niet meer kan samentrekken maar juist ontspant. Men spreekt dan van een spierverslapping.