Communicatie

• Sociale vaardigheden
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

– Communicatie

Vandaag gaat het over 

communicatie

– Communicatie

• Ik weet wat verbale en non-verbale 

communicatie betekent

• Ik weet hoe ik op het werk moet communiceren
  
• Ik weet hoe belangrijk het is goed te kunnen
  communiceren op stage
  

Wat is communicatie?

 Communicatie

Verbale communicatie

= 

Spreken / luisteren

 Communicatie

Non - Verbale 

communicatie

= 

Lichaamstaal

Noem voorbeelden van
non-verbale communicatie

00:16

Lijkt het eten mr Bean een lekkere maaltijd, hoe zie je dat?

00:31

Hoe zie je aan Mr. Bean dat hij de ober bedankt?

01:07

Als je de gezichten van Mr. Bean bekijkt: wat vind hij van de oester en wat zegt hij tegen de ober?

02:56

Waarom zou de ober zo vreemd kijken?

– Communicatie

Bespreek met je buurman / buurvrouw 

vul in op de volgende dia's:

- wat zijn de voordelen van non-verbale communicatie?

- wat zijn de nadelen van non-verbale communicatie?

Noem voordelen van non-verbale communicatie (lichaamstaal)

Wat kan een nadeel zijn van non-verbale communicatie?

 – Communicatie

Let op:

93% van wat we zeggen.....

Zeggen we met lichaamstaal!

Wanneer / waar vind jij het lastig om te communiceren?

Wanneer / Waar is het makkelijk om te communiceren?

Verbaal

Situatie 1 - Verbaal - we spelen het uit:

Je hebt nog 15 minuten voor je op je stage moet beginnen. Het is je eerste dag! Je komt binnen en gaat naast een collega zitten in de kantine. Je kent hem niet. Je weet ook nog lang niet zo goed hoe het hier gaat. Je bent veel vergeten van de rondleiding en het eerste gesprek met de docent. Ook ben je vergeten waar de kapstok en de wc zijn......

Non - verbaal

Situatie 2 - non-verbaal - we spelen het uit:

Je staat achter de kassa en helpt een klant met afrekenen. Bij de deur staat een ouder echtpaar met een rolstoel. Ze willen naar binnen, maar dit lukt niet. Vanuit je ooghoek zie je je baas achter in de winkel staan te wijzen naar de deur. Met haar mond zegt ze duidelijk: OPEN DOEN! Je snapt meteen wat de bedoeling is en zegt tegen je klant: een ogenblik geduld alsjeblieft, ik moet even die mensen bij de deur helpen!

 - Communicatie

 - Communicatie

Geef voorbeelden:

5 G schema over momenten waarop je 1. WEL goed communiceerde en 2. NIET goed communiceerde