Fictie Blok 1 + Recensie schrijven (2/2)

Welkom!

1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

- Terugblik (5')

- Lesdoelen doornemen (2')

- Uitleg leesboek kiezen + opdracht recensie schrijven (15')

- Instructie: literaire begrippen (5 min.)  

- Zelf aan de slag (20')

- Evaluatie (3')

Slide 2 - Slide

Terugblik

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Slide 3 - Slide

Recensie schrijven

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...

  • ... weet je wat een recensie is
  • ... weet je uit welke onderdelen een goede recensie bestaat
  • ... weet je hoe je een recensie moet schrijven
  • ... weet je welke eisen er worden gesteld aan de recensie
         

Slide 5 - Slide

De recensie
  • Wat is een recensie?

  • Waar wordt een recensie     voor gebruikt?

Slide 6 - Slide

De opdracht

  • Een recensie schrijf je als je anderen wilt laten weten wat je ergens van vindt (boek, film). 

  • Doel recensie: informeren en beoordelen.
In de eerste plaats geef je jouw mening over een boek, toneelvoorstelling of film, onderbouwd met argumenten. In de tweede plaats geef je informatie over de inhoud, de verhaalopbouw en de achtergronden.

Slide 7 - Slide

Leesboek 
  • Vanaf volgende week neem je   iedere les je boek mee.
  • Je gaat naar de mediatheek en kiest een leesboek.
  • Handige sites:
       www.leesplein.nl (niv.2 & 3)
       www.lezenvoordelijst.nl (niv.2 & 3)

Twijfel? Laat je boek keuren.


Slide 8 - Slide

Waarom lezen?
Dit hebben jullie vast al eens gehoord…
  • Goed voor je taalontwikkeling schrijfvaardigheid, woordenschat, etc.
  • Empathisch vermogen.
  • Kennis van de wereld!
  • Prikkelen fantasie.
  • In boeken kan alles..

Slide 9 - Slide

Wat lever je uiteindelijk in?
  • Een eerste versie 
  • Feedbackformulier van klasgenoot (evt. meerdere)
  • Een herschreven versie (evt. meerdere en eindversie) 

Slide 10 - Slide

Personages


Bijpersoon

  • Je leert maar een paar karaktereigenschappen kennen. 
  • Veranderen niet.
  • Reageren vaak voorspelbaar.
Hoofdpersoon

  • Je leert verschillende karaktereigenschappen kennen.
  • Veranderen wel. 
  • Reageren niet steeds hetzelfde.
  • Je leest meestal gedachten en gevoelens.

Slide 11 - Slide

Verteltijd en vertelde tijd
Verteltijd: de tijd die je nodig hebt om de tekst te lezen. Uitgedrukt in aantal woorden, regels of bladzijden.

Vertelde tijd: de tijd die verstrijkt in het verhaal.

Slide 12 - Slide

Motief
  • Elk betekenisvol element in een verhaal.
  • Herhaalde elementen in een verhaal.
  • Voorwerp, verschijnsel, gebeurtenis.
  • Letterlijk of figuurlijk (symbolisch).

Bijv. Harry Potter -> vriendschap, dood van een geliefde, goed en kwaad.


Slide 13 - Slide

Thema
  • De diepere bedoeling; de hoofdgedachte van een verhaal.
  • Een korte omschrijving waar het verhaal over gaat in één of enkele woorden of een korte zin.
  • Bijv.: geluk, toeval, liefde overwint alles.

Wat is het thema Harry Potter in één of enkele woorden?

Slide 14 - Slide

Zelf aan de slag!
- Nakijken huiswerk!

- Lezen verhaal op blz. 9 - 13. 

- Maken: opdr. 1 (blz. 13)

- Af? Kijk je werk na en ga alvast op zoek naar een leesboek.



timer
15:00

Slide 15 - Slide

Evaluatie

Slide 16 - Slide