Groep 7 - Staal blok 3 - Week 3 - Les 1

Blok 3      Week 3- Les 1
1 / 23
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 7

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Blok 3      Week 3- Les 1

Slide 1 - Slide

Doel van de les
Na deze les:
  •  Kun je de verleden tijd van klankvaste werkwoorden met -ten schrijven.
    Bijvoorbeeld: Wij plantten.
  • Weet ik hoe ik 't kofschip-x kan gebruiken bij deze klankvaste werkwoorden.


Slide 2 - Slide

verleden tijd van klankvaste werkwoorden

- Werkwoorden waarbij de klank in de v.t. niet veranderd.
- De regel: Bij klankvaste werkwoorden in de verleden tijd schrijf je de stam + te(n) of de(n)

Slide 3 - Slide

wij dansen
1. Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en? danSen
2. Staat deze letter in 't kofschip-x? Ja, de s.
3. Dan stam + -ten. dansten

Slide 4 - Slide

ik fiets
1. Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en? fietSen
2. Staat deze letter in 't kofschip-x? Ja, de s.
3. Dan stam + -te. ik fietste

Slide 5 - Slide

hij maakt
1. Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en? maKen
2. Staat deze letter in 't kofschip-x? Ja, de k.
3. Dan stam + -te. hij maakte

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Welk hulpmiddel gebruik je bij klankvaste werkwoorden in de verleden tijd?
A
Je telt hoeveel hulpwerkwoorden er in de zin staan.
B
De Stam + t regel
C
Je maakt de zin vragend.
D
't kofschip-x

Slide 8 - Quiz

Wat is de stam van
het volgende woord?
Vinden
A
vint
B
vind
C
vin
D
vindt

Slide 9 - Quiz

Wat is de stam van
het volgende woord?
plonsen
A
plonst
B
plonsd
C
plons
D
plonz

Slide 10 - Quiz

Wat is de stam van
het volgende woord?
lopen
A
lop
B
loopt
C
liep
D
loop

Slide 11 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
Verledentijd enkelvoud van passen.
A
hij pos
B
hij pastte
C
hij paste
D
hij pasde

Slide 12 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
Verleden tijd enkelvoud van afmatten.
A
hij matte af
B
hij mate af
C
hij matde af
D
hij mot af

Slide 13 - Quiz

Wat is de verleden tijd enkelvoud van lunchen?

Slide 14 - Open question

Wat is de verleden tijd meervoud van lunchen?

Slide 15 - Open question

Wat is de verleden tijd enkelvoud van rennen?

Slide 16 - Open question

Wat is de verleden tijd meervoud van rennen?

Slide 17 - Open question

Dictee
Maak nu het dictee!!
Je maakt het digitaal. Let hierbij echt goed op leestekens, spaties en dergelijke. 
De software kijkt heel erg nauwkeurig na!

Slide 18 - Slide

1.

Slide 19 - Open question

2.

Slide 20 - Open question

3.

Slide 21 - Open question

4.

Slide 22 - Open question

5.

Slide 23 - Open question