Les 5 - Hechting

HECHTING
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

HECHTING

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hechting 


'Hechting is een proces van interactie tussen een kind en een of meer van zijn opvoeders dat leidt tot een duurzame affectieve relatie'
(definitie NJI, 2021).  

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Veilige hechting
  • Een kind/jongere die veilig gehecht is heeft tijdens de kinderjaren ervaren dat tenminste één van zijn verzorgers er onvoorwaardelijk voor hem/haar is. 

  • Een goede gehechtheid tussen ouders en kinderen vormt de basis voor een kind om te groeien in zijn ontwikkeling.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Onderzoekers 
  • Harlow
  • Bowlby 
  • Ainsworth 




Slide 4 - Slide

We weten nu hoe een gezonde hechtingsrelatie tot stand komt. Veel onderzoekers hebben onderzoek gedaan naar hechting. Iedere onderzoeker kijkt met een andere bril naar hechtingsrelaties.
Harlow 
  • Voerde hechtings-
      experimenten uit met baby
      aapjes. 
  • Harlow onderzocht of de
      aapjes, naast voedsel, ook
      behoefte hadden aan de
      nabijheid van een moeder. 

Slide 5 - Slide

.
Experiment Harlow 
Concludeerde na experiment met
apen dat  nabijheid/warmte een belangrijk onderdeel is voor
hechting. 

Hoe ging dit experiment in zijn werk? 


Slide 6 - Slide

Harlows experimenten waren controversieel. Onder andere hield hij babyaapjes gedurende twee jaar in isolatiecellen van waaruit ze ten slotte zwaar gestoord tevoorschijn kwamen. In een ander experiment onderzocht hij het gedrag van resusaapjes. 

Hij sloot een aapje op in een kooi met twee metalen apen. De ene omwikkeld met stof maar zonder melk, de tweede zonder stof maar met melk. Hij dacht dat voedsel de belangrijkste factor was voor gehechtheid. Het aapje koos echter de met stof omwikkelde dummy. Dit betekende dat aanraking een belangrijkere factor is voor gehechtheid
Ainsworth 
  • Onderzoek  naar de interactie tussen ouder  en kind. 
  • Gehechtheidsgedrag & stressvolle
      situaties. 

Om dit te onderzoeken heeft zij de vreemde situatie test bedacht. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Wanneer begint de hechting?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Zwangerschap  
  • Na zes maanden zwangerschap 
      worden er hechtingsprocessen
      in gang gezet. 
  • De baby hoort geluiden die
     afkomstig zijn van buiten de
     baarmoeder. 
  • De baby reageert op angst
      reacties van zijn moeder. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De Bouwstenen van gehechtheid

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Voorwaarden voor veilige hechting
  1. Sensitief reageren: ouder staat open voor signalen van het kind, begrijpt de signalen en reageert snel en agequaat. 
  2. Continuïteit: er is continuïteit in de aanwezigheid van de gehechtheidspersoon nodig. 
  3. Mentaliseren: ouder verplaatst zich in het perspectief van het kind en verwoordt dat ook. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Veiligheid creëer je door onder andere...
  • Vertrouwen opbouwen
  • Grenzen stellen
  • Ben jezelf, doe niet "nep"
  • Voorspelbaarheid
  • Structuur
  • Voorbeeldfunctie
  • Sensitief en responsief reageren
  • Inspelen op behoeften van het kind/jongere

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Risicofactoren tijdens het hechtingsproces

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Beschermende factoren tijdens het hechtingsproces

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hechtingsproblematiek
Volgens Mary Ainsworth 4 patronen van hechting:
  1. Veilig gehecht: goede balans exploratiedrang en gehechtheidsgedrag. 
  2. Vermijdend gehecht: negeren of vermijden de opvoeder en gedragen zich "zelfstandig". 
  3. Angstig-ambivalent (afwerend) gehecht: weinig geneigd zelfstandig activiteiten uit te voeren, afwezigheid opvoeder leidt tot angst, terugkeer van boosheid en verontwaardiging. 
  4. Gepreoccupeerd (gedesorganiseerd) gehecht: zoeken enigszins toenadering, tegelijkertijd levert dat stress en angst op.  combi 2-3

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Hechtingsproblematiek vs. hechtingsstoornis
  • Kind/jongere die niet goed gehecht is heeft niet meteen een hechtingsstoornis. 

  • 25 - 30 % van de Nederlandse bevolking is niet volledig veilig gehecht.

  • 1 % van de Nederlandse bevolking heeft een hechtingsstoornis. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Hechtingsstoornis
  • Volgens DSM-5 te classifiseren onder de categorie "reactieve hechtingsstoornis"
  • Kind heeft geen duidelijk aanwijsbaar hechtingsfiguur, heeft dus geen gehechtheidsrelatie gevormd. 
  • Onderscheid twee type: 
  1. Ongeremde type
  2. Geremde type

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Geremde type
  • Vermijden van fysiek contact
  • Een sterke drang naar onafhankelijkheid
  • Wantrouwend
  • Gespannen, nerveuze indruk
  • Weinig belangstelling voor leren en de toekomst


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ongeremde type
  • Zoekt steeds vertrouwen

  • Hecht zich te snel en te sterk aan mensen
  • Lichamelijk aanhankelijk

  • Vraagt veel negatieve aandacht
  • Reageert niet goed op straf

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Begeleiding van kinderen/jongeren met hechtingsstoornis
Het bieden van veiligheid staat centraal.

Kinderen/jongeren missen hun vertrouwen in zichzelf en de wereld.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Hoe bouw je een veilige gehechtheidsrelatie met een jeugdige op?
- Do's: bedenk met elkaar wat belangrijk is en wat je kunt doen.
- Don'ts; bedenk met elkaar wat je juist niet moet doen.
- Tips voor het omgaan met opstandig gedrag.  

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat neem je nu mee in de begeleiding van kinderen/jongeren met een hechtingsstoornis.

Slide 23 - Open question

This item has no instructions