1H/Vwo §3.1 + §3.2 + §3.3

§3.1 + §3.2 + §3.3
1 / 30
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§3.1 + §3.2 + §3.3

Slide 1 - Slide

TAAK en UITLEG over het berekenen van de COÖRDINATEN van een punt op een lijn.

UITLEG:EXPLANATION:
we hebben een assenstelsel met
+ een x-as als horizontale as
+ a y-as as vertikale as
TAAK:   Vul de coördinaten in in de volgende slide:
 De lijn hiernaast gaat door deze twee punten:
( .., ..).   en ook  ( .., .. )

timer
0:20

Slide 2 - Slide

TAAK 1
De coördinaten zijn:
A
(0, 6) en (18, 10)
B
(6, 0) en (10, 18)
C
(0, 6) en (10, 18)
D
(6, 0) en (18, 10)

Slide 3 - Quiz

UITLEG vinden van coördinaten van punten op een lijn:
Antwoord:
We noteren altijd eerst de HORIZONTALE 
en dan pas de VERTICALE coördinaat. 
Gebruik HAAKJES en een KOMMA!
Dus:  (0, 6) and (10, 18)

Slide 4 - Slide

Stel dat we de coördinaten van punten A en B willen weten ... 
We hebben een klein probleem:
Punten A en B zijn GEEN ROOSTERPUNTEN!
Daarom kun je de coördinaten niet goed aflezen!
De volgende slide geeft een OPLOSSING hiervoor!

Slide 5 - Slide

Stel dat we de coördinaten van punten A en B willen weten ... 
We hebben een klein probleem:
Punten A en B zijn GEEN ROOSTERPUNTEN!
Daarom kun je de coördinaten niet goed aflezen!
De volgende slide geeft een OPLOSSING hiervoor!

Slide 6 - Slide

Om de coordinaten van A en B te vinden gebruiken we eerst ROOSTERPUNTEN C en D! Zó :
Van C naar D gaan betekent:
+ 5 hokjes naar rechts gaan en 
+ 20 hokjes omhoog
+ om de coördinaten van A te vinden
    gaan we van C één hokje naar rechts en
    vier hokjes omhoog                                     !    5 naar rechts en 20 omhoog is hetzelfde als:
+ dus krijgen we  (1, 9)                                     !    1  naar rechts en    4 omhoog !
  
+ so we get:    A(1, 9)  
    9  we got by doing:   5 + 4 = 9

Slide 7 - Slide

UITLEG met een VERHOUDINGSTABEL:
Kijk naar de tabel:
+ 5 hokjes naar rechts betekent ook
+ 20 hokjes omhoog
+ dus: 1 hokje naar rechts betekent
+ 20 : 5 = 4 hokjes omhoog !

Slide 8 - Slide

UITLEG met een VERHOUDINGSTABEL:
Kijk naar de tabel:
+ 5 hokjes naar rechts betekent ook.           
+ 20 hokjes omhoog
+ dus: 1 hokje naar rechts betekent
+ 20 : 5 = 4 hokjes omhoog !

Slide 9 - Slide

Bereken de coördinaten van B.  
Werk het uit, niet alleen het antwoord geven!
Zet deze stappen nu:
1. Open je schrift
2. Pak een pen, potlood en geo.
3. Bereken de coördinaten van punt B!
timer
2:00

Slide 10 - Slide

B's coördinaten zijn:
A
(4, 22)
B
(21, 4)
C
(22, 4)
D
(4, 21)

Slide 11 - Quiz

OPLOSSING TAAK 2,      for:
 finding the coordinates for POINT B:
Weer beginnen we vanuit punt C!
Van C naar B betekent 4 hokjes naar rechts.
We weten nu dat 1 hokje naar rechts betekent
4 hokjes omhoog.
Dus gaan we 4 x 4 = 16 hokjes omhoog.
C ligt op hoogte 5.  Dus de hoogte van B is 5 + 16 = 21
Dus punt B is (4, 21)

Slide 12 - Slide

Taak 3, voor jou!
Bereken de coördinaten van punt F.
Teken eerst het assenstelsel met 
de lijn en punten erin, na.
Gebruik de ROOSTERPUNTEN die op
de lijn liggen voor de berekening.
Werk het dus goed uit!
Niet alleen een kort antwoord opschrijven.
timer
1:30

Slide 13 - Slide

Taak 3:
De coördinaten van F zijn:
A
(1, 43)
B
(1, 42)
C
(43, 1)
D
(42, 1)

Slide 14 - Quiz

Uitleg Taak 3:
GEBRUIK de twee ROOSTERPUNTEN,
aan het eind en het begin van het lijnstuk. 
+5 hokjes naar rechts betekent
+15 hokjes naar beneden, dus
+ 1 hokje naar rechts betekent
+dat je 15 : 5 = 3 hokjes naar beneden gaat.
+ dus het y coördinaat van F is:          45 - 3 = 42 and
+ punt F heeft coördinaten:    (1, 42)

Slide 15 - Slide

Taak 4 voor jou:
Bereken de coördinaten van G.
Werk het weer netjes uit!

Slide 16 - Slide


timer
0:30
A
(34, 3)
B
(3, 34)
C
(36, 3)
D
(3, 36)

Slide 17 - Quiz

Uitleg taak 4:
In de verhoudingstabel zie je dat 
+ 5 naar rechts betekent
+ 15 naar beneden
+ dus:    1 naar rechts betekent
+ 3 naar beneden gaan  
+ 3 naar rechts betekent
+ 3 x 3 = 9 naar beneden gaan 
Dus de 2e coördinaat van G is 45 - 9 = 36.
Dus krijgen we:              G (3, 36) !

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Als je een spannend verhaal wilt horen,
steek dan je hand op!

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Deze deze 'break' in goed Duits, 
nog enige vragen over
§4.1,   §4.2  and  §4.3 !

Slide 22 - Slide

Grootheden zijn euros en km,
eenheden zijn geld en lengte.
timer
0:20
A
Waar
B
Fout
C
Andersom

Slide 23 - Quiz

'Join the points' means ...
timer
1:00
A
get together with the points
B
draw a line through the points
C
both correct; B more likely

Slide 24 - Quiz

Het punt A(3, 8) ligt links van
B(6, 7)
timer
1:00
A
Waar
B
Fout

Slide 25 - Quiz

Uitleg:
A(3, 8) ligt links van B(6, 7), want het  1e coördinaat van A is kleiner dan het 1e coördinaat van B.
Als dit nog niet duidelijk genoeg is, kijk dan naar de SCHETS in de volgende slide! 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

A smooth line ....
timer
0:20
A
is online most of the time.
B
is a straight line.
C
has no sudden changes.
D
does not have sharp turns.

Slide 28 - Quiz

Homework :

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide