This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Paragraaf 3.4
Wat speelt er op de arbeidsmarkt?
Slide 2 - Slide
Lesdoel deze les
Wat is de arbeidsmarkt en wat is de beroepsbevolking?
Wat is werkgelegenheid en wat is werkloosheid?
Welke soorten werkloosheid zijn er?
Wat is loonvorming en hoe wordt loon bepaald ?
Slide 3 - Slide
Lesdoel
Wat is de arbeidsmarkt en wat is de beroepsbevolking?
Slide 4 - Slide
Arbeidsmarkt
Vragers : de werkgevers
Aanbieders : de mensen die een baan zoeken
Slide 5 - Slide
Werklozen
Beroepsbevolking
Beroepsbevolking:
Alle mensen tussen 15 en pensioen-leeftijd die werken of werkloos zijn!!
Werkzame beroepsbevolking:
Slide 6 - Slide
Lesdoel
Wat is werkgelegenheid en wat is werkloosheid?
Slide 7 - Slide
Werkgelegenheid
Werkgelegenheid = Vraag naar arbeid
Arbeidsplaatsen bij de overheid en bij bedrijven
Slide 8 - Slide
Werkloosheid
Structurele werkloosheid --> Banen die verdwijnen en niet meer terugkomen (bijvoorbeeld door robots of machines).
Conjuncturele werkloosheid --> Banen die tijdelijk verdwijnen omdat de verkoop van goederen of diensten afneemt (bijvoorbeeld obers tijdens corona horeca-sluiting).
Slide 9 - Slide
Lesdoel
Wat is loonvorming?
Slide 10 - Slide
Loonvorming
Over het algemeen:
Beroepen waar een tekort aan is Loon omhoog
Beroepen waar een overschot aan is Loon omlaag (op termijn)
Lonen die dalen geven onrust in de samenleving, en dat wil de overheid niet. Vandaar een minimumloon.
Slide 11 - Slide
Samenvatting
Wat is de arbeidsmarkt en wat is de beroepsbevolking
Wat is werkgelegenheid en wat is werkloosheid
Welke soorten werkloosheid zijn er
Wat is loonvorming en hoe wordt loon bepaald
Slide 12 - Slide
Aan de slag
Lees de theorie van paragraaf 3.4
Maak de vragen 39, 40, 43, 44 en 46 op blz 82
Slide 13 - Slide
Oefenen
Houd je aantekeningen erbij!
Maak daarna de oefenvragen in deze Lesson Up
Slide 14 - Slide
Wat is arbeidsmarkt?
A
Alle vraag en aanbod van arbeid.
B
Alle mensen die werk zoeken.
C
Mensen van 15 jaar tot pensioen die werken.
D
Alle vacatures bij werkgevers.
Slide 15 - Quiz
De arbeidsmarkt is een ...
A
abstracte markt
B
concrete markt
Slide 16 - Quiz
De beroepsbevolking is....
A
Het aanbod van arbeid
B
De vraag naar arbeid
Slide 17 - Quiz
Wie hoort niet bij de beroepsbevolking
A
20 jaar oud, student en heeft geen baan
B
16 jaar oud en werkt voor 12 uur bij de AH
C
26 jaar oud en wilt heel graag weer werken
D
64 jaar oud en werkzoekende
Slide 18 - Quiz
Wat is de beroepsbevolking?
A
Iedereen die werkt of werkloos is
B
Iedereen die werkt
C
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt
D
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is
Slide 19 - Quiz
Is er hier sprake van conjuncturele werkloosheid?
A
ja
B
nee
Slide 20 - Quiz
Wanneer is er werkloosheid?
A
Als vraag naar arbeid groter is dan het aanbod van arbeid
B
Als vraag naar arbeid kleiner is dan het aanbod van arbeid
Slide 21 - Quiz
Het wettelijk minimum (jeugd-)loon is er om de werknemer te beschermen