22HZWA les 5 week 40 vragen en zakelijke e-mail

Les 5 week 40
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 5 week 40

Slide 1 - Slide

Doel van de les
1. Je kent 5 soorten vragen
Je kunt open en gesloten vragen gebruiken in je interview.

2. Je kent de regels (conventies) die horen
bij het schrijven van een zakelijke e-mail en kan
deze regels ook toepassen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Gezien? Open / gesloten vragen

Slide 5 - Slide

andere vragen
1. Controlevragen:  bevestiging vragen voor meer duidelijkheid 


Voorbeeld: "Begrijp ik het goed dat de school dus ‘ja’ zegt tegen deze activiteitendag?"


Slide 6 - Slide

andere vragen
2. Meerkeuzevragen:  je helpt de ander op weg door alvast wat antwoorden aan te bieden.


Voorbeeld: "Wat is beter voor onze activiteitendag: een survivaltocht, een boottochtje of een stadswandeling?"


Slide 7 - Slide

andere vragen
3. Suggestieve vragen:  het gewenste of verwachte antwoord klinkt hier al in door.

Voorbeeld: 
"Dat vind jij zeker niet leuk?"
"Jij hebt toch ook een hekel aan voetballen?



Slide 8 - Slide

Wat voor vraag is dit -->

Wat wil je drinken?
A
gesloten vraag
B
suggestieve vraag
C
open vraag
D
controlevraag

Slide 9 - Quiz

Wat voor vraag is dit -->

Wil je koffie óf thee drinken?
A
gesloten vraag
B
controlevraag
C
suggestieve vraag
D
meerkeuzevraag

Slide 10 - Quiz

Wat voor vraag is dit -->

Klopt het dat je graag thee drinkt?
A
gesloten vraag
B
controlevraag
C
suggestieve vraag
D
meerkeuzevraag

Slide 11 - Quiz

Wat is een suggestieve vraag?
1. Je wil zeker geen koffie?
2. Koffie vind jij toch niet lekker?
A
allebei
B
allebei niet
C
alleen 1
D
alleen 2

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Deel 2: Zakelijke e-mail schrijven

Slide 14 - Slide

Waar denk je aan bij een
zakelijke e-mail?

Slide 15 - Mind map

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Wie is de geadresseerde?
A
Degene aan wie je de e-mail stuurt.
B
Degene die de e-mail schrijft.

Slide 18 - Quiz

Kies de juiste aanhef als je de geadresseerde niet kent
A
Geachte heer mevrouw,
B
Geachte heren en mevrouwen
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte heer/mevrouw,

Slide 19 - Quiz

Wat vind jij een goede eerste zin?
Omdat u ons een vraag stelde, stuur ik u deze mail.
Vandaag vroeg u ons om een e-mail te schrijven.
Graag stuur ik u deze mail met de opdracht voor Nederlands.
Voor het vak Nederlands schrijf ik u deze mail.

Slide 20 - Poll

In de tekst van een zakelijke e-mail gebruik je geen alinea’s.
A
Waar: je schrijft alles achter elkaar zonder witregels.
B
Niet waar: je gebruikt 3 alinea’s: inleiding, kern en slot.
C
Niet waar: je gebruikt 2 alinea's: inleiding en kern

Slide 21 - Quiz

Wat is een goed slot?
Ik ben benieuwd wat u van mijn antwoorden vindt.
Als u nog meer vragen heeft, hoor ik het graag.
Mocht u meer willen weten dan kunt u mij terugschrijven.
Ik hoop dat mijn antwoord naar wens was.

Slide 22 - Poll

Kies de juiste afsluiting:
A
Met vriendelijke groet Naam Achternaam
B
Met vriendelijke groet, Naam
C
Met vriendelijke groet, Naam Achternaam
D
Groeten. Naam Achternaam

Slide 23 - Quiz

Wat is goed / niet goed?
Geachte mevrouw Westerhof,

Ik stuur u deze mail omdat ik de griep heb. 

Ik vind het erg vervelend dat ik vandaag niet bij u les aanwezig kan zijn. 
Kunt u mij vertellen wat voor gevolgen dit voor mij heeft?

Ik hoop op uw begrip en ik hoop van u te horen. 

Met vriendelijke groet,
Jan Koorts

Slide 24 - Slide

En nu jullie!
Schrijf in 2 of 3-tallen een e-mail aan mij (mevrouw Drogendijk). 
Gebruik een inleiding, kern en slot (met witregels!)
         
Schrijf over deze vragen:
  • Hoe vind je de Nederlandse les?
  • Wat wil je graag weten van het vak Nederlands? Bijvoorbeeld over bepaalde onderwerpen of hoe je iets moet aanpakken.

Slide 25 - Slide

En nu jullie!
Iedereen klaar?
Geef de e-mail aan een ander groepje.
Bekijk samen de ontvangen mail.
Benoem 1 top en 1 tip.

Slide 26 - Slide

Doel van de les
1. Je kent 5 soorten vragen
Je kunt open en gesloten vragen gebruiken in je interview.

2. Je kent de regels (conventies) die horen
bij het schrijven van een zakelijke e-mail en kan
deze regels ook toepassen.

Slide 27 - Slide

Thuis afmaken:
  • Bouwstenen 2F, H1 Op reis, § 1.4 luisteren 19 t/m 23 
  • Project beroemd: Opdracht interview 
--> deadline 7 oktober om 17 uur 

Slide 28 - Slide