H5 - 2.6 Zeestromen

Welkom allemaal!
Pak gelijk de oefenopgave die je als huiswerk gemaakt hebt erbij (over ITCZ en moesson).
H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 23 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom allemaal!
Pak gelijk de oefenopgave die je als huiswerk gemaakt hebt erbij (over ITCZ en moesson).
H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water

Slide 1 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Oefenopgave ITCZ en Moesson

Slide 2 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Oefenopgave ITCZ en Moesson
-Kupang ligt verder van de evenaar dan Balikpapan
-En staat dus een deel van het jaar niet onder invloed van lagedrukgebieden door het verschuiven van de ITCZ

Slide 3 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Oefenopgave ITCZ en Moesson

Slide 4 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Oefenopgave ITCZ en Moesson
-De ITCZ ligt ten zuiden van de evenaar/bij Kupang bevindt zich lage druk
-Er is aanlandige wind naar Kupang met vochtige lucht.
-In het lagedrukgebied stijgt de lucht op en condenseert

Slide 5 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
We hebben gezien hoe warmte zich over de aarde verspreidt via luchtcirculatie.

Wat is de andere manier?

Slide 6 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Na vandaag kun je...

...benoemen welke factoren de richting van de zeestromen bepalen.
...uitleggen welke invloed de dichtheid en het zoutgehalte op de oceanische circulatie hebben.
...beredeneren welke invloed de zeestromen hebben op het klimaat op een bepaalde plek.

Slide 7 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Waar wordt de oceaan het sterkste opgewarmd?

Slide 8 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Waardoor verplaatst dat warme water zich?

Slide 9 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Waardoor verplaatst dat warme water zich?
De wind zet de bovenste laag water (max 100m) in beweging

Slide 10 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
De richting van de zeestromen wordt bepaald door:
  • Wind
  • Draaiing van de aarde
  • Ligging continenten

Slide 11 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Richting de polen wordt zeewater kouder.

De dichtheid neemt toe (zwaarder).

Het water zakt naar beneden.


  • Wind
  • Draaiing van de aarde
  • Ligging continenten

Slide 12 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Het water wordt ook zouter bij de polen.

Dit maakt het water ook zwaarder.
  • Wind
  • Draaiing van de aarde
  • Ligging continenten

Slide 13 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Het water wordt ook zouter bij de polen.

Dit maakt het water ook zwaarder.
  • Wind
  • Draaiing van de aarde
  • Ligging continenten
Waarom wordt het water zouter bij de polen?

Slide 14 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe kan het zoutgehalte van oceaanwater veranderen?
  • Verdamping
  • Bevriezing
  • Toevoer rivierwater
  • Toevoer smeltwater
  • Neerslag

Slide 15 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Dus door de dichtheid van het water ontstaan: afzinkgebieden.

Deze houden de oceanische circulatie in beweging.
  • Wind
  • Draaiing van de aarde
  • Ligging continenten

Slide 16 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe beïnvloeden de zeestromen het klimaat?
Verschil Noord-Europa en
Noord-Amerika?

Slide 17 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe beïnvloeden de zeestromen het klimaat?
Hoe komt het dat wij toch vrij milde zomers hebben?

Slide 18 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe beïnvloeden de zeestromen het klimaat?
Hoe komt het dat wij toch vrij milde zomers hebben?
Zeewater warmt heel langzaam af en is in de zomer nog relatief koud van de winter.

Slide 19 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe beïnvloeden de zeestromen het klimaat?
Welke invloed hebben zeestromen op de neerslag?

Slide 20 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Hoe beïnvloeden de zeestromen het klimaat?
Welke invloed hebben zeestromen op de neerslag?

Bij warme zeestroom veel verdamping, dus veel vocht in de lucht. Bij aanlandige wind, veel neerslag.

Slide 21 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Na vandaag kun je...

...benoemen welke factoren de richting van de zeestromen bepalen.
...uitleggen welke invloed de dichtheid en het zoutgehalte op de oceanische circulatie hebben.
...beredeneren welke invloed de zeestromen hebben op het klimaat op een bepaalde plek.

Slide 22 - Slide

H5 AK - 2.6 Warmtetransport door water
Maak opdracht 1 t/m 4 van paragraaf 2.6.

Slide 23 - Slide