introductie en bss. 1

Planning
Feedback seksuele voorlichting
Tijdens dit thema: een SO, onderzoek 
en proefwerk eind van het jaar

Instructie bss. 1 20 minuten
Maken opdrachten  20 minuten
Klassecompetitie 5 minuten

1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning
Feedback seksuele voorlichting
Tijdens dit thema: een SO, onderzoek 
en proefwerk eind van het jaar

Instructie bss. 1 20 minuten
Maken opdrachten  20 minuten
Klassecompetitie 5 minuten

Slide 1 - Slide

Wat hebben deze dingen met elkaar te maken?
06-47862345

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Hoe is al deze informatie
opgeslagen in jouw lichaam?
06-47862345

Slide 4 - Slide

Organisme > cellen > chromosomen > DNA
Een organisme is opgebouwd uit cellen
in de celkern van die cellen 
liggen chromosomen
Deze zijn weer opgebouwd 
uit DNA.

Slide 5 - Slide

Waarom zijn er van ieder chromosoom 2?
Je hebt 46 chromosomen
23 van je vader 
en 23 van je moeder

Deze vormen samen paartjes 
zoals je ziet. Al deze informatie noem 
je het genotype. Dit is jouw unieke code.

Slide 6 - Slide

Wat is het genotype?
A
dat is hoe je er van de buitenkant uit ziet
B
dat is een afbeelding van alle chromosomen
C
dat is al je genetische informatie
D
dat is al het DNA uit 1 cel

Slide 7 - Quiz

Waarom zitten er in ei en zaadcellen maar 23?

Slide 8 - Slide

Best wel logisch
23 in sperma plus 23 in een eicel
= 46 in iedere lichaamscel


De informatie voor al deze 
soorten cellen staat ook in jouw DNA

Slide 9 - Slide

Komen chromosomen altijd in paren voor in iedere cel?
A
ja in iedere cel zit 1 chromosoom van je vader en 1 van je moeder
B
nee want in geslachtscellen zit er van ieder chromosoom maar 1

Slide 10 - Quiz

Wat zie je hier dat erfelijk is? En wat is niet erfelijk?






Dochter heeft 50% van het genotype van haar moeder

Slide 11 - Slide

Genotype & fenotype
Binnen & buiten
Het genotype van moeder en dochter 
staat vast. Dit zit van binnen, in de celkern


Het fenotype kan altijd veranderen. Dit is wat je ziet van buiten.

Slide 12 - Slide

Kan je fenotype veranderen?
A
nee want je genen veranderen niet
B
nee want dat is illegaal alleen in china kan dit
C
ja want je kan zelf ook bepalen hoe je er uit ziet
D
ja want je genen veranderen tijdens je leven

Slide 13 - Quiz

Opdrachten 
Maak nu opdracht 2a, 3, 4, 5, 6a, 9 & 10. Hulp van je buurman of buurvrouw mag. 

Huiswerk voor de volgende les

Slide 14 - Slide

Klassecompetitie

Slide 15 - Slide

Wat zou jij wel willen onderzoeken? Het mag van alles zijn! Als het maar van jou is!

Slide 16 - Open question

Jij lijkt op je moeder en je vader en ook op je broertjes en zusjes. Maar toch ben je ook verschillend. Hoe kan dat?

Slide 17 - Slide

Wat wil jij onderzoeken?
Krullen of stijl haar
Donker of lichte huid
Lang of kort 
Bruine of blauwe ogen

 Over een paar lessen start jouw onderzoek!

Slide 18 - Slide

Het onderzoek
In je uitleg gebruik je woorden als genen, chromosomen, DNA en erfelijkheid.

Let op tijdens de les en maak de opdrachten want dan weet je waar je het over hebt!

Slide 19 - Slide