What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1hm H5 Sstevigheid en beweging
Programma
Lesdoel:
Je hebt een idee wat je kan verwachten op de toets.
Je kent de functies van het skelet.
Je kent de bouw van een bot i.c.m. de leeftijd.
Je hebt een idee van de bouw van een gewricht + functie.
Je weet wat antagonisten zijn.
Je kunt de belangrijkste blessures benoemen
1 / 36
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
36 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Programma
Lesdoel:
Je hebt een idee wat je kan verwachten op de toets.
Je kent de functies van het skelet.
Je kent de bouw van een bot i.c.m. de leeftijd.
Je hebt een idee van de bouw van een gewricht + functie.
Je weet wat antagonisten zijn.
Je kunt de belangrijkste blessures benoemen
Slide 1 - Slide
Uitleg
Functies van het skelet:
1. Stevigheid
2. bescherming
3. beweging
4. vorm
Slide 2 - Slide
uitleg
Slide 3 - Slide
Welke stof geeft de rode lijn weer?
A
Kalkzouten
B
Lijmstof
Slide 4 - Quiz
Uitleg
Antagonisten zijn spieren met de tegenovergestelde werking:
Biceps/ triceps
Buikspieren/ rugspieren
Slide 5 - Slide
Waarmee zit een spier vast aan het bot?
A
kraakbeen
B
lijmstof
C
pees
D
beenmerg
Slide 6 - Quiz
Hoe heet de plek waar een spier vastzit aan het bot?
A
Pees
B
Aanhechtingsplaats
C
Spierplek
D
Heeft geen aparte naam
Slide 7 - Quiz
uitleg
Slide 8 - Slide
Welk gewricht is het meest beweeglijk?
A
Naad
B
Kogelgewricht
C
Rolgewricht
D
Scharniergewricht
Slide 9 - Quiz
Met welke verbinding zit de
onderkaak vast aan de schedel?
timer
0:30
A
naad
B
vergroeid
C
gewricht
D
kraakbeen
Slide 10 - Quiz
Hoe zitten de wervels aan elkaar vast?
A
naad
B
gewrichten
C
kraakbeen
D
vergroeid
Slide 11 - Quiz
Wat zit er tussen twee schedelbeenderen?
A
Kogelgewricht
B
Schaniergewricht
C
Naad
D
Kraakbeen
Slide 12 - Quiz
De namen van de vier beenverbindingen zijn
A
Vergroeid, Kraakbeen, Gewricht, Naad
B
Verbening, Kraakbeen Borstbeen, Gewricht
C
Scharnier, Kogel, Kraakbeen
D
Rol, Gewricht, Borstbeen
Slide 13 - Quiz
Kies het juist antwoord:
"Bekijk de afbeelding. Hoe zitten de botten aan elkaar vast
bij de pijl?"
A
Door een naad
B
Door kraakbeen
C
Door een gewricht
Slide 14 - Quiz
Dit been noemen we.........
A
dijbeen
B
spaakbeen
C
ellepijp
D
opperarmbeen
Slide 15 - Quiz
Wat is dit?
A
Ellepijp
B
Spaakbeen
C
Opperarmbeen
D
Handwortelbeentjes
Slide 16 - Quiz
Hoe heet nr 3?
A
sleutelbeen
B
schouderblad
C
borstbeen
D
opperarmbeen
Slide 17 - Quiz
kogelgewricht zit in
A
onderarm en onderbeen
B
schouder en heup
C
opperarmbeen en ellepijp
Slide 18 - Quiz
Hoe heet het groene bot?
A
Sleutelbeen
B
Dijbeen
C
Schoudergordel
D
Schouderblad
Slide 19 - Quiz
Hoe noemen we nummer 1?
1
A
heupbeen
B
heupen
C
dijbeen
D
opperbeen
Slide 20 - Quiz
Welk onderdeel is de ellepijp?
A
12
B
13
C
19
D
18
Slide 21 - Quiz
Welk bot zit NIET in je arm?
A
Ellepijp
B
Spaakbeen
C
Opperarmbeen
D
Lendenbeen
Slide 22 - Quiz
Waaruit bestaat de wervelkolom?
A
wervels
B
wervels, heiligbeen
C
wervels, staartbeen,borstbeen
D
wervels, heiligbeen,staartbeen
Slide 23 - Quiz
Wat zijn dit?
A
Heiligbeen en staartbeen
B
Lendenwervels
C
Borstwervels
D
Halswervels
Slide 24 - Quiz
Welke botten vormen je bekken?
A
Heupbeenderen en staartbeen
B
lendenwervels en heupbeenderen
C
heiligbeen en staartbeen
D
Heupbeenderen en heiligbeen
Slide 25 - Quiz
Hoe heet het groen gekleurde bot?
A
Heiligbeen
B
Staartbeen
C
Heupbeen
D
Bekken
Slide 26 - Quiz
Hoe heet een plotselinge spierscheuring?
A
Spierkramp
B
Spierkneuzing
C
Spierpijn
D
Zweepslag
Slide 27 - Quiz
Een spier die zich plotseling samentrekt is
A
Zweepslag
B
Spierslag
C
Kramp
D
Kneuzing
Slide 28 - Quiz
Bij een voetbalknie beschadig je:
A
Knieschijf
B
Dijbeen
C
Meniscus
D
Kuitbeen
Slide 29 - Quiz
stelling:
Bij een tennisarm is er sprake van een ontwrichting.
A
juist
B
onjuist
Slide 30 - Quiz
Welke tip klopt niet bij het tillen?
A
Gebruik je beenspieren bij het tillen
B
Houdt je rug recht bij het tillen
C
Til de last niet te dicht bij je lichaam
D
Gebruik waar mogelijk hulpmiddelen
Slide 31 - Quiz
Welke vorm heeft de wervelkolom?
A
S-vorm
B
Dubbele e-vorm
C
Dubbele s-vorm
D
E-vorm
Slide 32 - Quiz
Wat kun je zeggen over de wervelkolom van deze jongen
A
Deze heeft een dubbele S-vorm
B
Deze heeft GEEN dubbele S-vorm
C
Deze heeft een S-vorm
D
Deze heeft GEEN S-vorm
Slide 33 - Quiz
Wat zie je op het plaatje?
A
Ontwrichting
B
Breuk
C
Uit de kom
D
Niks
Slide 34 - Quiz
Als je een gewrichtskapsel te ver uitgerekt. noemen wij dit een ................................
A
Kneuzing
B
Verzwikking
C
Ontwrichting
D
Spierscheuring
Slide 35 - Quiz
Wat voor blessure hoort bij 'een gebroken been'?
A
ontwrichting
B
botbreuk
C
kneuzing
D
verzwikking
Slide 36 - Quiz
More lessons like this
Nectar 2.3 Spieren
November 2019
- Lesson with
17 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Herhaling laatste 3 basisstoffen
April 2024
- Lesson with
34 slides
D1ATh4 B4 Je spieren - lln
April 2019
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
D1ATh4 B4 Je spieren - oefenen
April 2019
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
Th5 B5 Spieren oefenvragen
July 2021
- Lesson with
38 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
Herhaling hoofdstuk 2
November 2022
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Oefentoets Thema 4: Stevigheid en beweging
October 2022
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Biologie 1TL 'Stevigheid en beweging' H4
February 2024
- Lesson with
35 slides
Biologie
Voortgezet speciaal onderwijs
MBO
Leerroute 6
Leerroute n4
Studiejaar 1