Vragen Leswijs 2 havo tekst

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Vragen Leswijs 2 havo 

'Ik film alles, ook een potje Rummikub*'

De nichten van oma Miep vonden haar te bemoeierig
(alinea 2).
Vind jij dat ook? Leg je antwoord uit.

Welke soort titel heeft de tekst? Leg je antwoord uit.

Welke functie heeft de inleiding?

1. een voorbeeld geven
2. een vraag stellen
3. onderwerp van de tekst noemen
4. aanleiding tot het schrijven van de tekst noemen

Wat is het doel van de tekst?
Noem er twee.

1. amuseren
2. activeren
3. overtuigen
4. informeren

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?

1. Oma Miep is populair op sociale media
2. Denise filmt alles, ook een potje Rummikub.
3. Oma Miep houdt zelf haar Facebook bij.
4. Denise van der Kolk is een bekende vlogger.

Welk tekstverband vind je in alinea 1?

1. opsomming
2. samenvatting
3. keuze
4. tegenstelling

Welk doel heeft Denise met de YouTube-filmpjes over haar oma?
Citeer een zin uit het tekstgedeelte van alinea 1 tot en met 3.

Waarom werkt oma Miep mee aan de YouTube-filmpjes van haar kleindochter?
Citeer een zin uit het tekstgedeelte van alinea 1 tot en met 3.

Wat is de kernzin van alinea 6?

1. 1.
2. 2.
3. 3.
4. geen

Wat is het deelonderwerp van alinea 7?

1. optutten voor kleding en make -up video's
2. jaloezie van vriendinnen
3. aandacht van merken en televisieprogramma's
4. de ijdelheid van oma Miep

Bij welke alinea past het tussenkopje ‘Populair bij kinderen’ het beste?

1. 1
2. 2
3. 5
4. 4

In de eerste zin van alinea 5 staan drie opsommingen.
Noteer van elke opsomming het eerste en het laatste woord.

Nummer de opsommingen.

verwijzingen

Waarnaar verwijzen de volgende woorden in de tekst. 

 Noteer het juiste woord of de juiste woorden uit de tekst.

'het’ in alinea 3 (regelnummer 22)?

‘dat’ in alinea 5 (regelnummer 49)?

woordenschat 

vraag 5