Het vragend voornaamwoord
Het vragend voornaamwoord staat altijd VOOR het zelfstandig naamwoord.
Vragende voornaamwoorden zijn: wie, wat , welke (welk) en wat voor (een).
Bijvoorbeeld: Wie heeft mijn boek meegenomen? Wat vind jij ervan? Welk boek heb jij daar liggen? Wat voor een boek heb ik nodig?