Aan het einde van deze les weet de leerling:
Waar het bloedvatenstelsel uit bestaat;
Begrijpt de leerling dat bloed een transportmiddel is van zuurstof en voedingsstoffen voor de cellen;
Wat het verschil is tussen de kleine bloedsomloop en de grote bloedsomloop;
Weet de leerlingen wat er bedoelt wordt met een dubbele bloedsomloop.