bron C en D

bron C en D
1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

bron C en D

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Bonjour la classe! 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programme
1)1 Grammaire bijvoeglijk naamwoord
3)  phrases-clés
4) Minispreekbeurt
Objectifs:
Aan het eind van de les kan je  wat vertellen over je familie .

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Exercice 6a
1 anniversaire
2 ce soir
3 un vêtement
4 nouveau
5 attendre
6 casse-pieds
Exercice 6b
1 unique
2 parents
3 chambre
4 jouer à la console / jouer aux jeux vidéo
5 noir


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Het bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen:
- Ik weet wat een bijvoeglijk naamwoord is en wat het doet in het Nederlands maar ook in het Frans
- Ik kan het bijvoeglijk naamwoord aanpassen aan het onderwerp waar het bij staat
- Ik kan de onregelmatige vormen van het bijvoeglijk naamwoord goed toepassen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Het bijvoeglijk naamwoord
VORM
 Het bijvoeglijk naamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord. 
Enk
Mv
Man
-
s
vrouw
e
es

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld
C'est une fille marrante
Une fille = vrouwelijk enkelvoud
marrant --> marrante


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Let op:
Als het bijvoeglijk naamwoord al op een -s of een -e eindigt, komt die er niet extra bij.

Il a un chat gris
Ma mère a cinq chats gris

La chambre  est  rouge.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Het bijvoeglijk naamwoord
PLAATS
Hoofdregel:
Het bijvoeglijk naamwoord komt ACHTER het zelfstandig naamwoord.
UItzonderingen:


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Révision
Pak je bordje en schrijf het juiste antwoord op.

De vragen gaan over het bijvoeglijk naamwoord en over het werkwoord op -er.

Fais attention- let goed op!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

parler de sa maison

Slide 15 - Slide

Je kan dit laten horen via Grandes Lignes online
Parler de sa famille

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

AH2 Faire et corriger
Tu fais: (p.66 e.v.)
11a
12 a,b
16a,b,c,d,e
17a,b,c,d


Les devoirs:
ex. 18 (beschrijf de twee personen op de afbeelding in 6 hele zinnen). Gebruik de  bijvoeglijke naamwoorden.  
Leer de vocabulaire van bron B (woorden en zinnen).
timer
15:00

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

G2 Faire et corriger
Tu fais:
16a,b,c,d,e
17a,b,c,d
18 (beschrijf de twee personen op de afbeelding in 6 hele zinnen).
Klaar?
Je maakt een mini-spreekbeurt van 6 zinnen over jezelf. Beschrijf hoe je heet, of je (grote of kleine) broers/zussen hebt,  welke sport/ hobby/ activiteit je doet, of je een huisdier hebt en hoe je huisdier is (lief, aanhalig etc.)  Gebruik tenminste 3 bijvoeglijke naamwoorden.  

timer
15:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Mini spreekbeurt
Ik wijs willekeurig 3 tot 5 personen aan, die hun mini-spreekbeurt aan de klas vertellen. 
Je mag blijven zitten.


Je krijgt feedback op je uitspraak en op je bijvoeglijke naamwoorden.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Schrijfopdracht: devoirs
Je schrijft een stukje over je familie en je kamer
Gebruik de phrases-clés van C en H.
Vereisten:
1) Tenminste 40 woorden
2) Gebruik in ieder geval een bijvoeglijk naamwoord.
3) Schrijf de ww op -er op de juiste manier.
Vervang de schuingedrukte woorden door andere woorden.
4) Klaar? lever je blaadje bij mij in en maakt de opdrachten 
Les devoirs (huiswerk)
Je leert de vocabulaire (inclusief zinnen) van bron F -blz 89.
Maak de schrijfopdracht.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Mini spreekbeurt

Slide 21 - Slide

This item has no instructions