This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Overleven in Europa
Vragen over paragraaf 4.1 Platentektoniek
Slide 1 - Slide
In het middellands zeegebied is er
A
sprake van een complexe platentektoniek met vooral convergente en transforme breuken
B
sprake van overwegend divergentie
C
sprake van vooral divergentie en transforme breuken
Slide 2 - Quiz
Een sterke aardbeving veroorzaakt soms minder schade dan een minder krachtige aardbeving.
A
juist
B
onjuist
Slide 3 - Quiz
toelichting
schade en slachtsoffers is afhankelijk van de bevolkingsdichtheid en van de welvaart (bij een hoge welvaart zijn de gebouwen steviger en vallen er minder slachtsoffers door instortende gebouwen en vallend puin)
Slide 4 - Slide
Tussen Afrika en Europa
A
is er sprake van divergentie
B
is er sprake van convergentie met vooral in het oosten subductiezones
C
is er sprake van convergentie met vooral in het westen subductiezones
Slide 5 - Quiz
In de alpiene plooiingsfase ontstonden de
A
Ardennen
B
de Alpen en de Pyreneeën
C
de Apennijnen
Slide 6 - Quiz
Kies de juiste zin
A
De middellandse zee wordt steeds groter door divergentie van Europa en Afrika
B
De middellandse zee wordt steeds groter door divergentie door toenemende verdamping
C
De middellandse zee wordt steeds kleiner door convergentie van Europa en Afrika
D
De middellandse zee wordt steeds kleiner door een stijgende zeespiegel
Slide 7 - Quiz
De rode zee
A
wordt steeds groter door divergentie
B
wordt steeds kleiner door divergentie
C
wordt steeds kleiner door convergentie
D
wordt steeds groter door convergentie
Slide 8 - Quiz
Door de beweging van de aardplaten
A
schuift Turkije naar het noordoosten
B
schuift Turkije naar het zuidoosten
C
schuift Turkije naar het zuidwesten
D
schuift Turkije naar het zuidoosten
Slide 9 - Quiz
De vele aardbevingen in het Noorden van Turkije worden veroorzaakt door
A
een transforme breuk
B
door een divergente breuk
C
door convergentie
Slide 10 - Quiz
In de toekomst zullen
A
Griekenland en Turkije steeds meer tegen elkaar aan gedrukt worden
B
Griekenland en Turkije steeds verder uit elkaar komen te liggen
C
Griekenland en Turkije uit elkaar getrokken worden