Oefenen met molrekenen

Vorige les
Berekeningen met molaire massa en mol

1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Vorige les
Berekeningen met molaire massa en mol

Slide 1 - Slide

Wat kunnen jullie na deze les?
Complexe berekeningen met molaire massa en mol uitvoeren.

Slide 2 - Slide

Molrekenen opgave 1
Bereken hoeveel mol 8,00g H2O is.

Gegevens:
Gevraagd:
Formule:
Oplossing:
Antwoord:


Slide 3 - Slide

Het stappenplan
Voor het stappenplan moet je deze formules en grootheden onthouden. Neem over!

Slide 4 - Slide

Molrekenen opgave 1
Bereken hoeveel mol 8,00g H2O is.

Gegevens:   m = 8,00 g
Gevraagd:    n = ?
Formule:       n = m / M
                          M = (1,008 x 2) + 16,00 = 18,016 g/mol
Oplossing:    n = 8,00 g / 18,016 g/mol = 0,44 mol
Antwoord:     8,00 gram water is 0,44 mol water.


Slide 5 - Slide

Molrekenen opgave 2
Bereken de massa van 2,80 mol ammoniak (NH3).

Gegevens:   
Gevraagd:    
Formule:      
Oplossing:   
Antwoord:    


Slide 6 - Slide

Molrekenen opgave 2
Bereken de massa van 2,80 mol ammoniak (NH3).

Gegevens:   n = 2,80 mol
Gevraagd:    m = ?
Formule:       m = n x M
                          M = 14,00 + (1,008 x 3) = 17,024 g/mol
Oplossing:   m = 2,80 mol x 17,024 g/mol = 47,7 g
Antwoord:    De massa van 2,80 mol ammoniak is 47,7 gram. 


Slide 7 - Slide

Molrekenen opgave 3
Bereken de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Slide 8 - Slide

Molrekenen opgave 3
Bereken de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens:   n = 0,351 mol
Gevraagd:    m = ?
Formule:       m = n x M
                          M = (12,01 x 6) + (1,008 x 12) + (16,00 x 6) = 180,16 g/mol
Oplossing:   m = 0,351 mol x 180,16 g/mol = 63,2 g
Antwoord:    De massa van 0,351 mol glucose is 63,2 gram.


Slide 9 - Slide

Van aantal deeltjes naar mol
Je voert hetzelfde stappenplan uit.
Noteer de formule


Slide 10 - Slide

Bereken ...
1) Bereken hoeveel watermoleculen aanwezig zijn in 1,60 mol water, H2O (l).

2) Bereken hoeveel methaanmoleculen aanwezig zijn in 875 mol methaan, CH4 (g).


Slide 11 - Slide

Molrekenen opgave 4
Bereken hoeveel watermoleculen aanwezig zijn in 1,60 mol water, H2O (l).

Gegevens:   n = 1,60 mol
Gevraagd:    N = ?
Formule:       N = n x Na
Oplossing:   N = 1,60 mol   x   6,02 x 1023 deeltjes/mol = 9,64 x 1023 ....
Antwoord:    1,60 mol heeft 9,64 x 1023 watermoleculen .



Slide 12 - Slide

Molrekenen opgave 5
Bereken hoeveel methaanmoleculen aanwezig zijn in 875 mol methaan, CH4

Gegevens:   n = 875  mol
Gevraagd:    N = ?
Formule:       N = n x Na
Oplossing:   N = 875 mol   x   6,02 x 1023 deeltjes/mol = 3,27 x 1026 ....
Antwoord:    875 mol heeft 3,27 x 1026 watermoleculen .



Slide 13 - Slide

Het stappenplan
1) Schrijft alle gegevens op.
2) Schrijft op wat er gevraagd.
3) Welke formule gebruik je?
4) Vul de formule in. Vergeet de grootheid niet.
5) Geef antwoord in woorden.


Slide 14 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.



Zelfstandig berekenen. (4 min)
Delen met de buur. 

Slide 15 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens: n = 0,351 mol
Gevraagd: 
Formule: 
                          
Oplossing: 
Antwoord: 

Slide 16 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens: n = 0,351 mol
Gevraagd: m = ?
Formule: 
                          
Oplossing: 
Antwoord: 

Slide 17 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens: n = 0,351 mol
Gevraagd: m = ?
Formule: m = n x M
                          M = (12,01 x 6) + (1,008 x 12) + (16,00 x 6) = 180,16 g/mol
Oplossing: 
Antwoord: 

Slide 18 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens: n = 0,351 mol
Gevraagd: m = ?
Formule: m = n x M
                          M = (12,01 x 6) + (1,008 x 12) + (16,00 x 6) = 180,16 g/mol
Oplossing: m = 0,351 mol x 180,16 g/mol = 63,2 g
Antwoord: 

Slide 19 - Slide

Startopdracht
Bereken  de massa van 0,351 mol C6H12O6.

Gegevens: n = 0,351 mol
Gevraagd: m = ?
Formule: m = n x M
                          M = (12,01 x 6) + (1,008 x 12) + (16,00 x 6) = 180,16 g/mol
Oplossing: m = 0,351 mol x 180,16 g/mol = 63,2 g
Antwoord: De massa van 0,351 mol glucose is 63,2 gram.

Slide 20 - Slide