7.1 - ruimtelijk kijken en tekenen

7.1 ruimtelijk kijken en tekenen
1 / 47
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 47 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

7.1 ruimtelijk kijken en tekenen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Toets H6 bespreken
  • Theorie A: ruimtelijk kijken
  • Theorie B: een kubus/ balk tekenen
  • Zelfstandig aan het werk
  • Theorie C: Tekenen in perspectief
  • Zelfstandig aan het werk

Slide 2 - Slide

Wat moet je kennen/ kunnen?
  • Je weet wat ruimtelijk kijken is.
  • Je weet hoe je een kubus of balk moet tekenen en welke regels hierbij gelden. 
  • Je weet wat tekenen in perspectief is en welke regels hierbij gelden.

Slide 3 - Slide

Theorie A: ruimtelijk kijken

Slide 4 - Slide

Noem een eenheid

Slide 5 - Mind map

Diepte zien
Je hersenen laten dus niet altijd zien wat er staat.
  • Je hersenen vullen de kleuren aan, maar...
  • dit lukt niet altijd goed.



  • Je hersenhelften werken hiervoor niet snel genoeg samen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Theorie B: Kubus/ balk tekenen

Slide 8 - Slide

Hoe moeten de letters?

Slide 9 - Slide

Hoe moeten de letters?
A
B
C
D
E
F
G
H

Slide 10 - Slide

Hoe heet het
rechter-zijvlak?
A
B
C
D
E
F
G
H

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Aan de slag!
  • Maken =  bladzijde 157 (=vraag 4 t/m 10)
  • Alles nog niet duidelijk? Doe mee met de extra   uitleg!
  • Eerste 5 minuten stil!
  • Daarna 10 minuten RUSTIG overleggen. 
timer
5:00

Slide 13 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm
BC = 8 cm
AE = 2 cm

Slide 14 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm
BC = 8 cm
AE = 2 cm

1. Maak een schets:

Slide 15 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm
BC = 8 cm
AE = 2 cm

1. Maak een schets:

Slide 16 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je de lengte:2 vakjes naar rechts     
     en altijd 1 omhoog. Dus nu 4 naar rechts en 1 omhoog.

Slide 17 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

2. Teken voorvlak op ware grootte
    en een lijn schuin naar achteren.
     De lijn naar achteren maak je de lengte:2 vakjes naar rechts     
     en altijd 1 omhoog. Dus nu 4 naar rechts en 1 omhoog.

Slide 18 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

3. Teken het achtervlak op ware
      grootte aan het eind van de lijn.
      De ribben die achter de andere vlakken komen te zitten,
      teken je met een streepjes-lijn.

Slide 19 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

3. Teken het achtervlak op ware
      grootte aan het eind van de lijn.
      De ribben die achter de andere vlakken komen te zitten,
      teken je met een streepjes-lijn.
      

Slide 20 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

4. Teken de andere ribben
      schuin naar achteren.
       Denk weer aan de streepjes-lijn.
      Als het goed is, zijn deze lijnen even lang en evenwijdig
      

Slide 21 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met 
AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm

4. Teken de andere ribben
      schuin naar achteren.
       Denk weer aan de streepjes-lijn.
      Als het goed is, zijn deze lijnen even lang en evenwijdig
      

Slide 22 - Slide

7.1: Balk tekenen
Teken een balk ABCD EFGH met AB = 3 cm, BC = 8 cm, AE = 2 cm
Laatste stap: 5. Maak de balk af.
      

Slide 23 - Slide

Theorie C: tekenen in perspectief

Slide 24 - Slide

7.1: Perspectief
Foto in perspectief 

Slide 25 - Slide

7.1: Perspectief
Foto in perspectief 
Hier loopt een lijn,
dit noemen we de horizon.

En dit puntje            de lijnen in
samenkomen, noemen we het
verdwijnpunt.

Slide 26 - Slide

7.1: Perspectief
Bij tekeningen in perspectief gebruiken we de volgende regels:
  • Evenwijdige lijnen die van je af lopen, snijden elkaar in het verdwijnpunt op de horizon.
  • De horizon is op ooghoogte.
  • Verticale lijnen blijven verticaal.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Huiswerk!
  • Maken + nakijken =  bladzijde 157 (=vraag 4 t/m 13)
  • Alles nog niet duidelijk? Doe mee met de extra  uitleg!
  • Eerste 5 minuten stil!
  • Daarna 10 minuten RUSTIG overleggen. 
timer
5:00

Slide 47 - Slide