6.1 Je inkomen wordt belast
Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste
nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 170 en open je schrift voor een opdracht.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
This lesson contains 16 slides, with text slides.
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste
nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 170 en open je schrift voor een opdracht.
Slide 1 - Slide
Dit gaan we doen deze les
- Uitleg paragraaf 6.1 deel 2
- Zelfstandig werken aan huiswerk
Slide 2 - Slide
Leerdoelen 6.1
𑿱 Je kunt uitleggen waarom je loonheffing betaalt.
𑿱 Je kunt uitleggen wat inkomstenbelasting is.
Slide 3 - Slide
Elke maand loonheffing
Als je werkt houdt je werkgever loonheffing in op je brutoloon.
Dit bedrag gaat naar de Belastingdienst.
De loonheffing bestaat uit:
- loonbelasting
- premies volksverzekeringen
Door inhouding van loonheffing is je nettoloon lager dan je brutoloon.
Let op: de werkgever betaalt zelf de premie werknemersverzekeringen. Deze maakt dus geen deel uit van je loonheffing!
Slide 4 - Slide
Tijd voor aangifte
Slide 5 - Slide
Zelfstandig werken
Stap 1: Maak opgave 1 t/m 5 op blz. 170-173
Stap 2: Maken 6.1 op blz. 186
Stap 3: Maken 6.1 op blz. 188
timer
15:00
timer
2:00
Slide 6 - Slide
Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste
nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 172 en open je schrift voor een opdracht.
Slide 7 - Slide
Dit gaan we doen deze les
- Uitleg paragraaf 6.1 deel 1
- Zelfstandig werken aan huiswerk
Slide 8 - Slide
Leerdoelen 6.1
𑿱 Je kunt uitleggen wat belastbaar inkomen,
eigenwoningforfait en bijtelling is.
𑿱 Je kunt uitleggen wat aftrekposten zijn.
𑿱 Je kunt het belastbaar inkomen berekenen.
Slide 9 - Slide
Inkomstenbelasting
par. 6.1 hoeft niet par. 6.2
Slide 10 - Slide
Welk inkomen wordt belast?
Slide 11 - Slide
Het kan minder!
Je hoeft niet alleen bedragen bij je inkomen op te tellen.
Sommige kosten mag je in mindering brengen op je inkomen.
Deze aftrekposten maken je belastbaar inkomen lager.
Bijvoorbeeld:
- betaalde hypotheekrente
- giften aan goede doelen
- reiskosten woon-werkverkeer met het openbaar vervoer
Slide 12 - Slide
Over welk bedrag wordt de belasting berekend?
brutoloon
+ bijtellingen
- aftrekposten
--------------------------
belastbaar inkomen
eigenwoningforfait
auto van de zaak
hypotheekrente
giften goede doelen
reiskosten woon-werkverkeer
Het belastbaar inkomen wil je zo laag mogelijk hebben!
timer
10:00
Slide 13 - Slide
Rekenopgave
De WOZ-waarde van een woning is € 180.000. Bereken het eigenwoningforfait.
Antwoord
180000 : 100 x 0,55 = € 990
Slide 14 - Slide
Voorbeeld berekening belastbaar inkomen
Wendy heeft een brutojaarinkomen van € 36.000,-
Daarnaast heeft ze een huis met een hypotheek van € 250.000,- met een rente van 4,5%. Het eigen woningforfait is 0,55%, de woningwaarde is € 250.000,-.
Bereken haar belastbaar inkomen.
Antwoord
Bruto jaarinkomen € 36.000,-
Aftrekpost € 250.000,- x 0,045 = € 11.250,- -
Bijtelling € 250.000 x 0,55 : 100 = € 1.375,- +
Belastbaar inkomen € 26.125,-
Slide 15 - Slide
Zelfstandig werken
Stap 1: Maak opgave 6 t/m 11 op blz. 172-173
Stap 2: Maken 6.1 op blz. 186
Stap 3: Maken 6.1 op blz. 188
timer
15:00
timer
2:00
