4.5 De komst van het Socialisme

4.5 Komst van het socialisme
1 / 33
next
Slide 1: Slide
geschiedenisVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

4.5 Komst van het socialisme

Slide 1 - Slide

Vooraf...
  • Wie van jullie werkt er?
  • Mogen jullie op alle uren werken?
  • Wie bepaalt dat? 
  • Waarom zou dat zo geregeld zijn?

Slide 2 - Slide

Gevolgen van de industrialisatie
  • Na 1870 komt in Nederland de industrialisatie op gang
  • Arbeiders  vroeger boeren en landarbeiders) trekken naar de stad: urbanisatie
  • Steden groeien snel: er moeten snel woningen worden gemaakt/gevonden

Slide 3 - Slide

Sociale kwestie

Het probleem van de armoede en de slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders als gevolg van de industriële revolutie

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slechte werkomstandigheden
  • onveilig en ongezond, saai werk
  • lange werkdagen (14u/dag)
  • lage lonen => amper gezin onderhouden
  • geen rechten !

Slide 6 - Slide

Kinderarbeid

  • Goedkoper dan volwassenen.

  • Nauwelijks onderwijs gehad. 
     (leerplicht vanaf 1900)

  • Noodzakelijk voor onderhoud gezin.

Slide 7 - Slide

Erbarmelijke woonomstandigheden
  • slechte kleine huisjes (krotten)
  • grauwe arbeiderswijken
  • veel gezinsleden
  • slecht eentonig voedsel (vlees was zeldzaam)
  • hoge kindersterfte
  • weinig hygiëne -> één toiletblok voor heel de wijk.

Slide 8 - Slide

Geen uitkering
  • Zieken, bejaarden en invaliden waren aangewezen op de liefdadigheid van de kerkelijke armenzorg.

  • Ze kregen eten, kleding en brandstof van de kerk 
      (maar dat was weinig)

Slide 9 - Slide

Wie helpt de arbeiders?

- vanaf 'de werkvloer'

  • Sommige fabrikanten gaven de arbeiders wél wat extra's.
  • Arbeiders gaan staken: dit werkt alleen als iedereen gaat staken. waarom?
  • Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden.

Slide 10 - Slide

Wie helpt de arbeiders?

- vanaf 'de werkvloer'

  • Vakbonden: organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers.
  • Als je lid was van een vakbond kon je staken: door lidmaatschap was er een kas waaruit je betaald werd, ook als je ziek was.

Slide 11 - Slide

De eerste sociale wetten
  • 1894 sociaaldemocraten richten politieke partij op --> SDAP Zo proberen meer sociale wetten door te voeren 
  • Kamerleden luisteren niet. 
  • Sociaaldemocraten wilde dat arbeiders stemrecht kregen -> zo wetten doorvoeren over hogere lonen, kortere werkdagen en verbod kinderarbeid

Slide 12 - Slide

Grondlegger socialisme
  • Econoom Karl Marx 
  • Klassenstrijd tussen arm en rijk
  • Arbeiders --> revolutie beginnen, macht grijpen
  • Rijkdom eerlijk verdelen
  • Communisme 

Slide 13 - Slide

Socialisme

Zij willen de macht in het parlement hebben om zo het lot van de arbeiders te verbeteren.
Dat kan alleen via algemeen kiesrecht.
Communisme

 Zij willen via een revolutie de macht van de burgerij overnemen om zo het lot van de arbeiders te verbeteren.
De arbeiders komen dan aan de macht.

Slide 14 - Slide

Pieter Jelles Troelstra (SDAP)
Ferdinand Domela Nieuwenhuis (SDB)

Slide 15 - Slide

Domela Nieuwenhuis

Begon als dominee.

Eerste gekozen socialist in de Tweede Kamer (1888),  hij werd niet serieus genomen en werd een anarchist

Slide 16 - Slide

Troelstra
1894 SDAP
Arbeiders / Socialisten
Vakbonden
Algemeen Kiesrecht

Slide 17 - Slide

Andere stroming binnen socialisme
  • Sociaaldemocraten 
  • Gematigde stroming binnen het socialisme
  • Wilde de omstandigheden niet verbeteren door revolutie
  • Maar via het parlement --> Wetten maken. 

Slide 18 - Slide

Socialisme VS kapitalisme
  • Kapitalisme = een economisch systeem waarbij ondernemers zoveel mogelijk winst proberen te maken 

  • Socialisme = politieke stroming die meer gelijkheid wil tussen arm en rijk. Onstond rond 1850 

Slide 19 - Slide

Kinderwetje van van Houten
  • Eerste sociale wet 1874

  • Kinderen onder de 12 jaar mochten niet meer werken in fabrieken 

  • Begin van sociale wetgeving in Nederland.

Slide 20 - Slide

Invoering Sociale wetten
  • Zeer slechte woon- werkomstandigheden arbeider
  • Regering zag dat ze hier iets aan moesten doen
  • 1874 Invoering eerste sociale wet (kinderwetje Van Houten --> kinderarbeid onder de 12 jaar in fabrieken verboden)

  • Invoering meer sociale wetten

Slide 21 - Slide

Van liefdadigheid naar sociale wetten
  • Armenwet (1854)
  • 'Kinderwetje van Van Houten' (1874)
  • Leerplichtwet (1900), 
  • Woningwet (1901),
  • Ongevallenwet (1901)


    Slide 22 - Slide

    Het liberalisme is een politieke stroming die zoveel mogelijk opkomt voor ....?.... van de burgers
    A
    vrijheid
    B
    gelijkheid

    Slide 23 - Quiz

    De grondwet van 1848 is een liberale grondwet
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 24 - Quiz

    Sociaaldemocraten wilde via een revolutie meer gelijkheid tussen arm en rijk
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 25 - Quiz

    Karl Marx was de grondlegger van het socialisme
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 26 - Quiz

    Het kapitalisme is een economisch systeem waarbij ondernemers zoveel mogelijk winst proberen te maken
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 27 - Quiz

    De sociale kwestie gaat over...
    A
    De slecht woonomstandigheden van arbeiders
    B
    De slechte werkomstandigheden van arbeiders
    C
    De slechte woon- en werkomstandigheden van arbeiders

    Slide 28 - Quiz

    Wat zijn gevolgen van de industrialisatie in Nederland?
    A
    Aanleg waterwegen en spoorlijnen
    B
    Kinderarbeid
    C
    Lage lonen
    D
    A, B en C zijn goed

    Slide 29 - Quiz

    Wat is het verschil tussen socialisten en de sociaaldemocraten...
    A
    De socialisten waren voor een kapitalistisch systeem, de sociaaldemocraten niet
    B
    De sociaaldemocraten wilde via wetten meer gelijkheid de socialisten via een revolutie

    Slide 30 - Quiz

    In het volgende filmpjes...
    wordt het Socialisme  nog een rustig uigelegd

    Slide 31 - Slide

    Slide 32 - Video

    Slide 33 - Link