plannen van zorg /quiz en evaluatie

Wat is methodisch werken?
1 / 31
next
Slide 1: Mind map
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat is methodisch werken?

Slide 1 - Mind map

gegevens verzamelen, verpleegkundige diagnose, verpleegdoelen, plannen, uitvoeren, evalueren.
A
dit is de juiste methodische cyclus
B
dit is niet de juiste volgorde

Slide 2 - Quiz

Welke van de onderstaande verpleegdoelen is juist geformuleerd
A
Kevin eet binnen een week zijn maaltijd.
B
Mevr. van Galen is niet meer bang voor de operatie.
C
Moniek loopt over een week zelfstandig met de rollator naar de recreatieruimte.
D
Pieter is over een week niet meer agressief.

Slide 3 - Quiz

Je gaat rapporteren volgens de Soap formule. Welke informatie zet je bij de P?
A
Na overleg met de arts geven we mevr. vanavond een rustgevend medicijn.
B
De oorzaak van de onrust van mevr. is haar onzekerheid over de uitslag.
C
Mevr. zegt sinds gisterenochtend continue hoofdpijn te hebben.
D
Ik heb een goed gesprek gehad met mevr. over de zorgen die zij heeft over haar man.

Slide 4 - Quiz

Verpleegproblemen zijn geen.....
A
medische problemen
B
problemen die binnen het verpleegkundig vakgebied vallen
C
menselijke reacties op gezondheidsproblemen

Slide 5 - Quiz

cliënten dossiers moet alle gegevens over gezondheid, uitvoerende handelingen en zorg die geboden wordt bevatten. In welke wet staat dit?
A
BIG
B
WMO
C
WLZ
D
WGBO

Slide 6 - Quiz

Een verpleegdoel kan worden geformuleerd volgens
A
Rumba en Omaha
B
Smart en Omaha
C
Rumba en Smart
D
Pes en Smart

Slide 7 - Quiz

WZD

Slide 8 - Mind map

Binnen de SBAR heeft de B betrekking op....
A
informatie over de cliënt en jezelf
B
Relevante voorgeschiedenis, behandeling en medicatie
C
Anamnese en aanvullende diagnostiek

Slide 9 - Quiz

Mevr. heeft binnen een maand haar oude gewicht van 80 kilo bereikt. Dit is een voorbeeld van
A
NIC
B
NOC
C
NANDA
D
Omaha

Slide 10 - Quiz

Verpleegkundige diagnosen classificeer je volgens
A
Nanda
B
Smart
C
NIC
D
SOAP

Slide 11 - Quiz

HACCP

Slide 12 - Mind map

De eerste stap van klinisch redeneren is
A
klinisch beleid.
B
oriënteren op de situatie.
C
aanvullend onderzoek.

Slide 13 - Quiz

Een potentieel probleem is ......
A
een probleem wat zich nu afspeelt
B
een probleem wat acuut is
C
een probleem wat zich mogelijk gaat afspelen
D
een probleem wat eigenlijk afgesloten kan worden.

Slide 14 - Quiz

Welke vraag is relevant voor een produktevaluatie?
A
Heeft u het naar uw zin op de afdeling?
B
Ligt u lekker op dit moment?
C
Heeft u vandaag de liter water opgedronken?
D
Hebben we de cliënt voldoende ondersteunt tijdens de revalidatie

Slide 15 - Quiz

Klinisch redeneren moet je uit je hoofd leren want fouten maken is funest.
A
niet waar
B
waar

Slide 16 - Quiz

Wat is klinisch redeneren?
A
Eigen observaties en interpretaties worden gekoppeld aan je medische kennis.
B
Door je medische kennis weet je welke stappen je moet zetten.
C
Je kan inschatten of iemand opgenomen moet worden in het ziekenhuis .
D
Je discussieert met collega's over de doelen die een zorgvrager heeft.

Slide 17 - Quiz

BEM

Slide 18 - Mind map

Bij de ziekte van Crohn en Colitus Ulcerosa worden soms sterke ontstekingsremmers voorgeschreven. Dit zijn
A
Anti psychotica
B
Bètablokkers
C
Corticosteroïden

Slide 19 - Quiz

Cataract wordt veroorzaakt door;
A
bacteriën die in de lens een vertroebeling veroorzaken
B
'vreemde' eiwitten die de lens vertroebelen
C
eiwitten die gaan samenklonteren en de lens vertroebelen.

Slide 20 - Quiz

ziekte van Alzheimer
mogelijke oorzaak;
A
een samenklontering van Amyloid
B
een ernstig tekort aan vitamine B1
C
problemen met de doorbloeding in de hersenen
D
hersencellen in de frontaal en temporaalkwab sterven af.

Slide 21 - Quiz

Evaluatie

Slide 22 - Slide

Wat is het belangrijkste wat je hebt geleerd?

Slide 23 - Mind map

Wat vond je van de stappen in Dulon

Slide 24 - Mind map

Je hebt zelf de anatomie van Colitus Ulcerosa en de ziekte van Crohn moeten leren. Wat vind je van het leren via een e- learning?

Slide 25 - Mind map

Wat vond je van de casus

Slide 26 - Mind map

Wat vind je van een presentatie als eindproduct?

Slide 27 - Mind map

Hoe heb je het ervaren om met je medestudenten van gedachten te wisselen?

Slide 28 - Open question

Heb je een top voor de docent?

Slide 29 - Mind map

Heb je een tip voor de docent?

Slide 30 - Mind map

Slide 31 - Slide