Als twee helften van een voorwerp elkaars spiegelbeeld zijn, dan is het
voorwerp symmetrisch
Lijnsymmetrie: een figuur ziet er precies hetzelfde uit aan beide kanten van de symmetrieas.
Stel je voor dat je een spiegel plaatst op de symmetrieas van dit figuur. De ene helft gecombineerd met het spiegelbeeld ziet er bij een lijnsymmetrisch figuur uit als het origineel.
Draaisymmetrie: een figuur ziet er precies hetzelfde uit wanneer deze (minder dan een heel rondje) gedraaid wordt. Er is hier geen symmetrieas, maar er wordt gespiegeld in een punt. Stel je voor dat je een punaise in het figuur plaatst en het dan ronddraait.
Puntsymmetrie: een figuur ziet er precies hetzelfde uit als deze een half rondje gedraaid wordt. De ene kant van het plaatje is eigenlijk het omgekeerde van de andere kant.
Een figuur dat puntsymmetrisch is, is altijd ook draaisymmetrisch.