This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Rekenen met procenten
Slide 1 - Slide
Vandaag
Rekenles
Video opname (goedkeuring)
Slide 2 - Slide
Doel van deze les
Aan het einde van deze les weten de studenten wat procenten zijn, kunnen de studenten rekenen met procenten. De studenten kunnen rekenen met procentuele afname en toename.
Slide 3 - Slide
Volgende week
Volgende week is de rekentoets op dinsdag 27 oktober.
Toets over domein 1 en 2
Neem rekenmachine en pen mee!
Slide 4 - Slide
Wat weet je van procenten? Of geef een voorbeeld.
Slide 5 - Open question
Wat is nu een procent?
Procenten geven een deel van het geheel aan, net als een breuk.
Eén procent (1%) is van het totaal.
100% is het totaal.
1001
Slide 6 - Slide
Als je 1/4 deel van 1000 euro betaalt, hoeveel procent betaal je dan?
A
10%
B
25%
C
40%
D
100%
Slide 7 - Quiz
Hoeveel procent is het komma getal 0,25
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%
Slide 8 - Quiz
Percentage van een getal
50% van de 28 leerlingen heeft een iPhone 12. Hoeveel leerlingen hebben een iPhone 12?
Aantal : 100 x percentage
28 / 100 x 50 = 14 leerlingen
Kommagetal x aantal
0,50 x 28 = 14 leerlingen
Slide 9 - Slide
30% van de klas met 10 studenten wil een nieuwe iPhone 12
Hoeveel leerlingen willen een nieuwe iPhone 12?
Aantal / 100 x percentage
Kommagetal x aantal
Slide 10 - Slide
Jullie krijgen 25% korting op de nieuwe iPhone 12
Hoeveel kost de iPhone met korting?
Aantal / 100 x percentage
Kommagetal x aantal
Oude prijs - korting = nieuwe prijs
Slide 11 - Slide
Jullie krijgen 25% korting op de nieuwe iPhone 12
Hoeveel kost de iPhone met korting?
Aantal / 100 x percentage
1000 / 100 x 25 = 250
Kommagetal x aantal
0,25 x 1000 = 250
1000 - 250 = 750
Slide 12 - Slide
Jullie betalen dus 750 euro voor de iPhone.
Maar hoe rekenen we dan het kortingspercentage uit?
Oude prijs - nieuwe prijs = het deel
Het deel / geheel x 100
Slide 13 - Slide
Jullie betalen dus 750 euro voor de iPhone.
Maar hoe rekenen we dan het kortingspercentage uit?
Oude prijs - nieuwe prijs = het deel
Het deel / geheel x 100
750 / 1000 x 100 = 25%
Slide 14 - Slide
De iPhone kost inclusief 40% korting 750 euro
Hoeveel kost de iPhone nu zonder korting?
100% - 40% = 60%
60%
20%
100%
750
250
1250
:3
:3
x5
x5
Slide 15 - Slide
Je koopt een iPhone voor 2000 euro en AirPods voor 200 euro. Nu krijg je 10% korting. Hoeveel moet je betalen?
Slide 16 - Open question
Je koopt een iPhone 12 van 1000 euro exclusief 21% BTW. Hoeveel betaal je voor de iPhone inclusief BTW?