Lijnen en hoeken hoofdstuk 5.2 en 5.3

Hoofdstuk 5; lijnen en hoeken
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5; lijnen en hoeken

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

De loodlijn.

Slide 3 - Slide

Loodlijnen zijn lijnen die een rechte hoek met elkaar maken
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

Waaraan herken je een loodlijn ?
A
Streepjes
B
Pijltjes
C
Rechtehoekteken
D
Kruisjes

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je de lijn waar de pijl naar wijst?
A
rechte hoek
B
rechte lijn
C
loodhoek
D
(ingebouwde ) loodlijn

Slide 6 - Quiz

Lijn n en lijn l zijn ...
A
Loodlijnen
B
Deellijnen
C
Evenwijdige lijnen
D
Lijnstukken

Slide 7 - Quiz

Met welke tekens kun je aangeven dat je te maken hebt met
evenwijdige lijnen ?
A
Streepjes
B
Pijltjes
C
Rechtehoekteken
D
Kruisjes

Slide 8 - Quiz

De evenwijdige lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en e
D
d en e

Slide 9 - Quiz

De geodriehoek

Slide 10 - Slide

loodlijn en middelloodlijn

Slide 11 - Slide

Hoe noemen we de stippellijn?
A
bissectrice
B
hoekdeellijn
C
middelloodlijn
D
kijklijn

Slide 12 - Quiz

Is hier de middelloodlijn getekend?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Is hier de middelloodlijn getekend?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Video

Alle hoeken op een rijtje.

Slide 16 - Slide

Hoek C is
een ........... hoek
A
Stompe
B
Scherpe
C
Rechte
D
Gestrekte

Slide 17 - Quiz

Wat voor hoek is hoek B?
A
Scherpe hoek
B
Stompe hoek
C
Rechte hoek
D
Geen idee

Slide 18 - Quiz

Wat voor hoek is hoek A?
A
Scherpe hoek
B
Stompe hoek
C
Rechte hoek
D
Geen idee

Slide 19 - Quiz

Wat is hoek E voor een hoek
A
Gestrekte hoek
B
Rechte hoek
C
Inspringende hoek
D
Volle hoek

Slide 20 - Quiz

Welke hoek is
groter? hoek A1
of hoek A2?
A
A1
B
A2
C
Weet ik niet
D
Ze zijn even groot

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Aan de slag
BBL:

Paragraaf 5.2 som 24,25,27,28,29,30,31,32
Paragraaf 5.3 som 35,36,37

KBL en TL:
Paragraaf 5.2 som 20,21,22,23,26,27
Paragraaf 5.3 som 28,32,33,35,37,38,40,41,43






Slide 24 - Slide