1.4 wederkerende voornaamwoorden

Welcome to Class!
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welcome to Class!

Slide 1 - Slide

Do you remember:
to be

Slide 2 - Slide

To be betekent:
A
om te hebben
B
om te worden
C
om te zijn
D
om te weten

Slide 3 - Quiz

they
you
we
he/she/it
you
I
AM
IS
ARE

Slide 4 - Drag question

Wederkerende voornaamwoorden
Klinkt lastig maar:
Hij denkt aan zichzelf
Zij kan zichzelf nog niet aankleden

myself, yourself, himself, herself, itself, ourselves, yourselves, en themselves. In het Nederlands is dit: jezelf, zichzelf, onszelf.
In het Engels eindigen wederkerende voornaamwoorden op 'self'

Slide 5 - Slide

Hoe vind je het onderwerp in de zin?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide


The cat washes ______.
A
himself
B
itself
C
herself
D
myself

Slide 8 - Quiz


My sister doubts ___ a lot.
A
ourselves
B
himself
C
themselves
D
herself

Slide 9 - Quiz


My parents find ______ very funny.
A
ourselves
B
herself
C
themselves
D
myself

Slide 10 - Quiz


He accidentally hurt....
A
themselves
B
himself
C
herself
D
itself

Slide 11 - Quiz


We have to start thinking about _____.
A
themselves
B
himself
C
ourselves
D
herself

Slide 12 - Quiz

homework: 
Unit 1.4 opdrachten 1 tot en met 10

Klaar: test jezelf ( moet zonder fouten)

Slide 13 - Slide