WK4-les2-(23 december)

Klas 3
Donderdag 23 januari
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Klas 3
Donderdag 23 januari

Slide 1 - Slide

Nederlands 
23 december 2021
Wat heb je nodig?

Chromebook 
Schrift + pen voor aantekeningen

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
huiswerk bespreken
werkwoordspelling -deel 2
woordenschat


Slide 3 - Slide

Lesdoelen

  • Je weet wat de juiste woordvolgorde is in een samengestelde zin.
  • Je kunt werkwoorden goed spellen
  • Je weet wat je moet doen als je een zin moet maken met een 'moeilijk' woord uit Woordenschat H3/H4

Slide 4 - Slide

Huiswerk
  • Algemene opmerking

  • Hoofdletters
  • Leestekens . , ! ? : 
  • citaat / directe rede

  • Signaalwoorden
WAT HEB JE GELEERD?

Slide 5 - Slide

Huiswerk
WAT HEB JE GELEERD?

Slide 6 - Slide

KOMMA
  • tussen de delen van een opsomming 
  • tussen de persoonsvormen van 2 zinnen
  • voor een voegwoord (maar, want, omdat, zodat, terwijl etc.)

We herhalen deze theorie. Dit ging veel fout.
We herhalen deze theorie, omdat dit veel fout ging.
Omdat dit veel fout ging, herhalen we deze theorie.

Slide 7 - Slide

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

als het pijn doet geef je maar een gil

Slide 8 - Open question

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.
wil je die bak met pennen potloden en stiften aangeven

Slide 9 - Open question

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

vandaag blijft nika thuis omdat hij schoolziek is.

Slide 10 - Open question

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

machteld kwam te laat op school want ze had de bus gemist

Slide 11 - Open question

Vorige les:
Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd

Met deze simpele stappen schrijf je de p.v. in de t.t. altijd goed:

Slide 12 - Slide

Deze stappen zet ik
als ik een p.v. in de t.t. moet schrijven:

Slide 13 - Open question

P.V. in de t.t.
1- schrijf eerst de ik-vorm op 
2- in gedachten gebruik  je 'lopen' 
     hoor je een T
          dan schrijf je een T achter die ik-vorm

Slide 14 - Slide

Schrijf het werkwoord op in de juiste vorm:
(Worden) .... je er nooit moe van om de werkwoorden wéér uit te leggen?

Slide 15 - Open question

Schrijf het werkwoord op in de juiste vorm:
(Verzinnen).... je leraar al die zinnen zelf?

Slide 16 - Open question

Schrijf het werkwoord op in de juiste vorm:
Machteldt (vermoeden).... dat jullie de antwoorden stiekem aan elkaar mailen.

Slide 17 - Open question

Andere werkwoorden
Persoonsvorm in de verleden tijd

Voltooid deelwoord

Infinitief (hele werkwoord)

Slide 18 - Slide

Andere werkwoorden
Hoe herken je de werkwoorden?
De simpele manier:
  • PV= eerste werkwoord van de zin (in 90 % vd zinnen)
  • volt.dw= achteraan de zin / dus ook een pv aan het begin!

Slide 19 - Slide

het onderstreepte werkwoord is een....


Heidi had zich voor het halloweenfeest verkleed.
A
pv in de tt
B
pv in de vt
C
volt.dw
D
infinitief

Slide 20 - Quiz

het onderstreepte werkwoord is een....


Teunte verkleedt zich op dezelfde manier.
A
pv in de tt
B
pv in de vt
C
volt.dw
D
infinitief

Slide 21 - Quiz

het onderstreepte werkwoord is een....


Verkleedde Keet zich ook als cowgirl?
A
pv in de tt
B
pv in de vt
C
volt.dw
D
infinitief

Slide 22 - Quiz

het onderstreepte werkwoord is een....


Het was een afspraak om je als cowgirl te verkleden.
A
pv in de tt
B
pv in de vt
C
volt.dw
D
infinitief

Slide 23 - Quiz

noteer het volt.dw:

Het rooster is vanwege de lockdown veranderd.

Slide 24 - Open question

noteer het volt.dw:

De lockdown heeft geleid tot veel geklaag.

Slide 25 - Open question

noteer het volt.dw:

De kans op besmetting is verkleind na de ingreep.

Slide 26 - Open question

noteer het volt.dw:

Ik zie dat jij het met dit onderwerp wel gehad hebt.

Slide 27 - Open question

theorie werkwoordspelling -2-
pv in de tt ? --> "lopen"
pv in de vt ?--> 't exkofschip

Voltooid deelwoord? --> langer maken
                                            twijfel? 
                                            --> 't exkofschip
't exkofschip
-schrijf het hele werkwoord-en
-check: staat laatste letter in 
                't exkofschip?
                  ja --> + T(en)
              nee --> + D(en)
-verander z/s  - v/f
langer maken
bedoelt of bedoeld?
maak langer:
hij bedoelde of hij bedoelte?

Ik hoor een D, dus: bedoeld
let op: alleeeeeeen bij een voltooid deelwoord!

Slide 28 - Slide

Voorbeelden
Jonas haaste zich naar het lokaal .....??
           pv in de vt
            1-haast
            2- t staat wél in 't exkofschip --> +T
 
Jonas haastte zich naar het lokaal!

Slide 29 - Slide

Voorbeelden
Bibian bofde maar met het compliment tijdens het diner. .....??
           pv in de vt
            1-boffen -en = boff
            2- f staat wél in 't exkofschip --> +T
 
Bibian bofte met het compliment!

Slide 30 - Slide

Voorbeelden
Teun kuchtte de hele tijd tijdens de uitleg. .....??
           pv in de vt
            1-kuchen -en = kuch
            2- h staat wél in 't exkofschip --> +T
 
Teun kuchte tijdens de uitleg!

Slide 31 - Slide

Voorbeelden
Alle concerten zijn de komende weken gecancelt.....??




Alle concerten zijn de komende weken gecanceld
                                                                             
             voltooid deelwoord
langer maken: cancelte of cancelde?
 twijfel?
1-cancelen -en = cancel
2-L staat niet in 't exkofschip --> +D


Slide 32 - Slide

Voorbeelden
Computerspelletjes hebben het leven van Mels beheersd....??




Computerspelletjes hebben het leven van Mels beheerst.                                                                             
                             voltooid deelwoord
langer maken: beheerste of beheersde ?
 twijfel?
1-beheersen -en = beheers
2-S staat wel in 't exkofschip --> +T


Slide 33 - Slide

Waarom kan een voltooid deelwoord
noooooit op dt eindigen?

Slide 34 - Open question

BIJNA laatste onderdeel
Machteld brengt de kinderen weg. Ze gaat naar school.



en
maar
want
dus
omdat
zodat
terwijl
als
toen
voordat
sinds
....
met voegwoorden
plak je twee enkelvoudige zinnen aan elkaar tot ééń 
samengestelde zin

Slide 35 - Slide

BIJNA laatste onderdeel
Soms komt er alleen maar een komma voor het voegwoord

Machteld brengt de kinderen weg,               ze gaat naar school.




en
maar
want
dus

Slide 36 - Slide

BIJNA laatste onderdeel
Soms komt er een komma en verandert de woordvolgorde

Machteld brengt de kinderen weg,                  ze naar school gaat.




omdat
voordat
terwijl
als

Slide 37 - Slide

ECHT het laatste onderdeel
Woordenschat H3+H4

Zorg ervoor dat je ALLE woordbetekenissen kent 

Dit zijn "gratis" punten

Slide 38 - Slide

ECHT het laatste onderdeel
Bij iedere toets moet je zinnen maken met een 'leerwoord'.
(Maak een zin waaruit de betekenis van het woord blijkt)

TIP: maak dan géén kort zinnetje, maar voeg iets toe waaruit blijkt dat jij heel goed weet wat het woord betekent.
Let op: je moet het gevraagde woord gebruiken, niet een omschrijving of een synoniem. 

Slide 39 - Slide

ECHT het laatste onderdeel
Voorbeeld:   Maak een zin met het woord 'pionier' waaruit blijkt                              dat je weet wat het woord betekent.


DAM is een pionier in het humanistisch voortgezet onderwijs, want wij zijn in Nederland de eersten die dit doen.

Slide 40 - Slide

klaar!
NEE ...
je bent er klaar vóór...
... klaar  voor de TOETS

Slide 41 - Slide

oh nee... toch nog iets

Een Blooket

maar alleen als er nog tijd over is
je mag nu de LessonUp verlaten

Slide 42 - Slide

3A
Ali
Brooklyn
Eli
Julian
Lars
Max
Mohammed
Moos
Nina
Nynthe
Noa
3B
Irene
Nilaya
Pien
3C
Bibian
Chiara
Daantje
Ezra
Iggy
Jonas
Milo
Nino
Olivier
Rijk
Teuntje

Slide 43 - Slide

Extra service voor wie niet zo goed zelfstandig kan werken:

om 13:45 uur  
voor wie het huiswerk 
niet heeft gemaakt:
Inloggen in de MEET, of in het lokaal Nederlands

Slide 44 - Slide

En verder?
Genieten van je vakantie doe je het beste met een goed boek!
Fijne feestdagen
en de
beste wensen voor 2022

Slide 45 - Slide