Hierna volgen een aantal slides met vragen over DLC 2.1:
Verlichte denkbeelden
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
DLC 2.1: test je kennis!
Hierna volgen een aantal slides met vragen over DLC 2.1:
Verlichte denkbeelden
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Klas 6
twee schoolexamens (in toetsperiodes)
Centraal Schriftelijk Examen (CE)
Onderwerpen: Burgers en Steden; Verlichting; Duitsland; China EN kenmerkende aspecten
Slide 3 - Slide
Compact
kenmerkende aspecten
achtergrond
verbanden
oefenmateriaal
Geschiedeniswerkplaats
De historische contexten
oefenmateriaal voor examenvragen
Slide 4 - Slide
Slagen voor geschiedenis, hoe doe je dat?
Slide 5 - Mind map
Hoe pak je geschiedenis aan dit jaar? 1. Als alles alles mogelijk was, hoe zou je die drie lessen per week willen inrichten? 2. Hoe zelfstandig wil/kan je werken? 3. Wat verwacht je van de docent?
Slide 6 - Open question
Wat is " de verlichting" ook al weer?
Slide 7 - Open question
De Verlichting kwam voort uit de Wetenschappelijke revolutie van de 17e eeuw.
A
juist
B
onjuist
Slide 8 - Quiz
Wat is het verschil tussen empirisme en rationalisme?
Slide 9 - Open question
Noem de drie machten van de Trias Politica
Slide 10 - Open question
Montesquieu was met zijn trias politica een voorstander van democratie
A
goed
B
fout
Slide 11 - Quiz
BRAINDUMP. In de achttiende eeuw kwamen er veranderingen in de politieke cultuur op gang. Verlichters schreven over hun visie op politiek en bestuur. Schrijf hieronder zo veel mogelijk van die verlichte ideeën over politiek en bestuur op waar je dan aan denkt.
Slide 12 - Open question
In de achttiende eeuw kwamen er veranderingen in de politieke cultuur op gang. Verlichters schreven over hun visie op politiek en bestuur. Veel van die ideeën hadden ook invloed op bestuurders en vorsten. Hoe noemen we het wanneer die vorsten zwaar zijn beïnvloed door de Verlichting?
A
Ancien Régime
B
Mild Despotisme
C
Verlicht Absolutisme
D
Parlementaire monarchie
Slide 13 - Quiz
De volgende slide bestaat uit een sleepvraag. Welk van de begrippen passen bij het verlicht absolutisme, welke passen daar niet bij, en welke zou het kunnen, maar niet per se?
Slide 14 - Slide
Dit geldt voor een verlichte vorst
Dit geldt NIET voor een verlichte vorst
Kan wel, kan niet gelden
Censuur toepassen
Scholen bouwen
Godsdiensttolerantie
democratie bevorderen
vooruitgangsdenken
geloof in natuurrechten
geijkheidsdenken
godsdienstvervolging
Trias Politica bevorderen
sociaal contract
standensamenleving bestendigen
Deïsme
Slide 15 - Drag question
Rousseau was met zijn natuurrechten een voorstander van directe democratie
A
goed
B
fout
Slide 16 - Quiz
Zet de stromingen in de juiste chronologische volgorde van vroeger (boven) naar later.
1
2
3
4
5
6
Renaissance
Rationalisme
Verlichting
Wetenschappelijke revolutie
Empirisme
Humanisme
Slide 17 - Drag question
Wat is het verschil tussen rationalisme en empirisme
Slide 18 - Open question
Van welke twee basisprincipes gaan eigenlijk alle verlichters uit?
A
gelijkheid
B
sociaal contract
C
democratie
D
vrijheid
Slide 19 - Quiz
Een bijzonder fenomeen in de achttiende eeuw is het ontstaan van allerlei genootschappen ter bevordering van de wetenschap, zoals het 'Provinciale Utrechtse Genootschap van Konsten en Wetenschappen.' Deze genootschappen schreven geregeld openbare prijsvragen uit, en waarbij de vraag een praktisch doel moest hebben, of zoals zij het zelf zei: ‘Het nut van het vaderland, als meede alle nieuwe uijtvindingen en verbeteringen tot nut van de menschelijke Maatschappij en zoo voorts.’ VRAAG: Leg uit waarom dit soort prijsvragen een typisch verschijnsel van het Verlichtingsdenken van de achttiende eeuw zijn.
Slide 20 - Open question
Waarom werden veel boeken die door verlichters waren geschreven gedrukt in de Republiek?
A
Daar was al sinds de zestiende eeuw een toenemende burgerlijke cultuur.
B
Er was daar vrijheid van geweten.
C
Door zijn unieke politieke structuur was er weinig tot geen censuur in de Republiek.
D
In de Republiek was de wetenschap al ver ontwikkeld.
Slide 21 - Quiz
BRAINDUMP 2: Veel verlichters dachten heel verscheiden over godsdienst en god. Schrijf hieronder zo veel mogelijk zaken op die te maken hebben met verlichte denkbeelden over god en godsdienst.
Slide 22 - Open question
De volgende slide bestaat uit een sleepvraag. Sleep de uitspraken en schrijfsels naar de juiste verlichte denker.
Slide 23 - Slide
Voltaire
Descartes
Kant
Rousseau
Adam Smith
Diderot
Locke
Spinoza
Het recht om in vrijheid een speech te houden is belangrijker dan de inhoud van de speech
De overheid heeft geen ander doel dan het beschermen van eigendom
Onwetendheid staat dichter bij de waarheid dan het vooroordeel.
Ook al kan ik alles, wat ik me voorstel, elke kennis die ik vermeen te bezitten, in twijfel trekken, mijn voorstellingen bestaan en derhalve besta ik.
Hoe helderder u uzelf en uw emoties begrijpt, des te meer gaat u houden van dat wat is.
Het is niet vanwege de goedheid van de slager, de brouwer of de bakker dat wij ons eten verwachten, maar vanwege hun eigenbelang.
De mens is vrij geboren en toch ligt hij overal in ketenen.
Overigens is het een bewijs van een prima verstand, wanneer de mens weet, hoe hij goede vragen moet stellen.
Slide 24 - Drag question
Slagen voor geschiedenis, hoe doe je dat?
Slide 25 - Mind map
Hoe pak je geschiedenis aan dit jaar? 1. Als alles alles mogelijk was, hoe zou je die drie lessen per week willen inrichten? 2. Hoe zelfstandig wil/kan je werken? 3. Wat verwacht je van de docent?