Quiz les comparaisons classe 2

1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Les comparaisons

Slide 2 - Slide

On va commencer.....

Dus:
  • gebruik moins, aussi, plus + bijv. naamwoord + que
  • Let op mannelijk, vrouwelijk, meervoud van bijv. naamwoord

Slide 3 - Slide

Vergelijking:
meer dan
Vergelijking:
evenveel als 

Vergelijking:
minder dan
moins ... que
aussi ... que
plus (bijv. nw) que

Slide 4 - Drag question

Alexandre est ........Sandrine
(âgé -)

Slide 5 - Open question

Jeanne est..................sa soeur
(sportif + )

Slide 6 - Open question

Mon meilleur copain est...........mon frère
(sympa =)

Slide 7 - Open question

Ma grand-mère est...........mon prof.
(intelligent -)

Slide 8 - Open question

Sa mère est.............sa grand-mère.
(grand =)

Slide 9 - Open question

het grootst
Thomas est le plus grand.
Anne est la plus grande.
Thomas et Yves sont les plus grands.
Anne et Laure sont les plus grandes.

Slide 10 - Slide

Mijn vader is het sterkste (fort).

Slide 11 - Open question

Let op:
C'est la plus grande voiture.
C'est la voiture la plus chère.

Slide 12 - Slide

Dat is het meest interessante boek.
(le livre)

Slide 13 - Open question